In serie opgetrokken arbeidershuizen met spiegelbeeldschema, te dateren circa 1900. Enkelhuisjes van twee traveeën, vooraan met één bouwlaag, achteraan met twee, onder doorlopend zadeldak met ongelijke schilden (mechanische pannen).
Bakstenen lijst- en zijpuntgevels, laatstgenoemde met ankers; voorgevel met muizentandfries en als kroonlijst uitgewerkte goot op klossen of modillons. Segmentbogige muuropeningen met origineel houtwerk; beluikte vensters met arduinen lekdrempel en paneelversiering; nummers 76 en 78 met deur in afgeschuinde hoek, uitgewerkt als spitsboognis.
Oorspronkelijk grondplan met voorplaats over volledige huisbreedte, eertijds gebruikt voor de thuisarbeid; achteraan woonkeuken met kookfornuis, met tegen de zijwand keldertrap enerzijds, trap naar de verdieping anderzijds en ingemaakte bedstee voor de ouders tussenbeide; verdieping met traditioneel één slaapkamer voor de kinderen achteraan en zolder aan de straat. Bijgebouwtje in achtertuin met privaat, tuin- en kolenberging.
- DE BONT Y., 100 jaar wonen in Turnhout, Architectuur van 1895 tot 1995, Zellik, 1995, p. 48-49.