In dorpskern gelegen neoclassicistisch landhuis, uit het vierde kwart van de 19de en het eerste kwart van de 20ste eeuw; grote beboomde tuin afgesloten door smeedijzeren hek op arduinen sokkel en smeedijzeren poort tussen classicistische pijlers van arduin. Koetshuis en hovenierswoning aan oostzijde. Circa 1875 opgericht naar ontwerp van E. Leclef en na Eerste Wereldoorlog hersteld naar ontwerp van J. Hertogs, onder meer ingangspoort, gesloten terras en ingangsportiek.
Rechthoekige bakstenen gebouw van twee bouwlagen onder mansardedak (leien). Beschilderde hoekstenen van natuursteen en bepleisterde architraaf onder kroonlijst op klossen. Ingebouwde vierkante toren, op zuidoosthoek, onder tentdak (leien). Rondboogportiek uit het eerste kwart van de 20ste eeuw, aan zuidgevel en rechthoekige balkon aan westgevel, van beschilderde natuursteen. Rechthoekige of rondboogvormige muuropeningen in vlakke beschilderde en bepleisterde omlijsting.
U-vormig bakstenen koetshuis van één bouwlaag onder overkragende zadeldaken (leien) met windborden. Ronde duiventoren onder naaldspits (leien) tussen risalieten van westgevel.
Oostelijke straatgevel met bepleisterde architraaf onder kroonlijst op klossen. Steekboogvormige muuropeningen met kordonvormende geriemde boogomlijsting.