Geografisch thema

Meierie

ID
15647
URI
https://id.erfgoed.net/themas/15647

Beschrijving

Straat in het zuidoosten van het centrum van Desselgem. De straat vertrekt van de Liebaardstraat en loopt in een boog naar de steenweg Kortrijk-Gent. Het laatste gedeelte van de straat is gelegen op grondgebied Beveren-Leie; de grens tussen beide deelgemeentes situeert zich ten zuiden van Desselgem-Dries.

Straat genoemd naar de woning van de meier, een soort gerechtsofficier in het ancien regime die door de Gentse Sint-Pietersabdij is aangesteld en verantwoordelijk is voor de orde en het naleven van de wetten. De hofstede "Teppinghem" of de woning van de meir (meierie) was voorheen gelegen op de hoek met de Desselgem-Dries. De Meierie verwijst ook naar het gebied in Desselgem en Beveren-Leie dat renteplichtig was aan de meier.

De Meierie is één van de drie Frankische nederzettingen die in Desselgem onstaan is in de 5de of 6de eeuw. In de oorkonde van de Franse koning Lotharius van 964 vermeld als "Teppinghem". De site "Teppinghem", mogelijk een mottekasteel, is één van de domeinen die de Vlaamse graaf Arnulf de Grote aan de Gentse Sint-Pietersabdij schenkt. Wanneer de Sint-Pietersabdij de nederzetting in leen geeft aan een meier, wordt de site Meierie (woning van de meier) genoemd. De meier van Desselgem moet in naam van de abdij orde handhaven, de schepenbank leiden, recht spreken en belastingen innen. Doordat de meier echter meestal verblijft in Harelbeke of in het gevolg van de Vlaamse graaf, plaatst hij een zetboer op de Meierie. Het mottekasteel wordt langzaam een agrarisch en wooncomplex. Mogelijk evolueert de Meierie in de late middeleeuwen van een mottekasteel naar een site met walgracht bestaande uit een opper- en neerhof, beiden omringd door een brede gracht. In 1402 vermeld als "'t Goet ter Meyerien". De hofstede Meierie en een bijhorende molen worden in 1452 verwoest, tijdens de opstand van de Gentenaars tegen Filips de Goede. Sindsdien blijven de gronden onbebouwd en worden ze gebruikt als landbouwgrond en weiland. De ophoging binnen de walgracht wordt geleidelijk aan genivelleerd. In 1570 worden "den Meijerie plasch" en het "Meyerie land" vermeld. De straat maakt op de figuratieve kaart van Desselgem, opgemaakt in 1620 door landmeter Lowijs de Bersacques, deel uit de toenmalige en nog niet rechtgetrokken Liebaardstraat. Op de figuratieve kaart van de rentegronden onder Sint-Pieters heerlijkheid, opgemaakt door pastoor Gudwaldus van der Mariën in 1675, wordt een cirkelvormige gracht weergegeven op de hoek met de huidige Desselgem-Dries. Op de figuratieve kaart van de Sint-Pietersheerlijkheid, opgemaakt door Joseph de Coster in 1764, maakt de straat nog steeds deel uit van de "Libaert Straete" en wordt een tweeledige grachtstructuur (dubbele concentrische ringgracht) weergegeven op de hoek met de huidige Desselgem-Dries. In het landboek van de parochie Desselgem, opgemaakt door C.P. Minne in 1771, wordt de voormalige meierie aangeduid als een stuk land van de Gentse Sint-Pietersabdij. Op de Atlas der Buurtwegen (1844) wordt de straat weergegeven als "Liebaerstraet" met als aanduiding "Chemin n° 2" en omschrijving "Chemin de Desselghem à Deerlyck"; weergave van de Meieriemote met watergracht met als bijschrift "De Meijerie Pâture". Vanaf 1870 maakt de straat geen deel meer uit van de Liebaardstraat, aangezien de toenmalige Liebaardstraat in dat jaar wordt rechtgetrokken en heraangelegd tussen Oostrozebeke en Deerlijk (zie Liebaardstraat). Tussen 1864 en circa 1920 bevindt herberg "De Meierie" (nummer 23) zich langs de straat, net ten noorden van de voormalige meierie. Een tweede herberg is in het eerste decennium van de 20ste eeuw gelegen op de hoek met Wijwaterputwegel (nummer 11). In de omgeving van de Meierie wordt in de jaren 1930 een aarden velodroom uitgebaat op de weide langs het wegeltje van de Wijwaterput. De piste wordt in 1930 gegraven onder leiding van het bestuur van de muziekmaatschappij de Leiezonen, die beroep doen op de verschillende plaatselijke steenbakkers. De aarden piste is 250 meter lang met 75 meter aan de lange zijden en 50 meter in de bochten. In 1935 moet de velodroom plaats maken voor het vlasbedrijf van Leopold Vanwijnsberghe. Volgens een lijst van gewijzigde straatnamen, bewaard in het kadaster, wordt de "Meyery" in 1960 omgedoopt in de "Oude Kalsyde". Bij de algemene herschikking van straatnamen in 1990 wordt de Oude Kalsijde herdoopt in Meierie. Tot in het begin van de 21ste eeuw is een autokerkhof gevestigd op de plaats van de voormalige velodroom en het vlasbedrijf van Leopold Vanwijnsberghe. De site van de Meierie wordt in 2008 dichtgebouwd met woningen. Dwars over de grachten en de mote heen wordt de Halewijnstraat aangelegd.

Thans straat met gebogen verloop en geasfalteerd wegdek. Enkele oudere volumes, hoogstens opklimmend tot de tweede helft van de 19de eeuw. Nummer 23, voormalige herberg "De Meierie", volgens de literatuur opgetrokken circa 1850 voor rekening van Petrus Demeijere, doch volgens het kadaster gebouwd in 1864 in opdracht van brouwer Constantinus Verhaeghe. In het begin van de 20ste eeuw is de herberg uitgegroeid tot een herberg-boerderij en is er veel bijgebouwd; in 1913 wordt er volgens het kadaster een magazijn tegen de linkerzijgevel opgetrokken (huidige garage). Waarschijnlijk is er na 1920 geen sprake meer van een herberg. Thans grondig verbouwd, zie onder meer nieuw gevelparement en vernieuwd houtwerk, bewaarde klokkenstoel. Langs de straat zijn enkele vlasschuren (nummer 9) en voormalige vlasserswoningen (nummer 38) bewaard. Voorts recente villabebouwing.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Desselgem, 1871/4, 1914/6, 1960.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 558: Carte figurative vande groote thiende in de prochie van Desselghem, 1620.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 559: Figuratieve kaart van de rentegronden onder Sint-Pieters heerlijkheid van de hand van pastoor Gudwalus van der Mariën, 1675.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 561: Kaerte figurative van de gelegendheyd der vry-eygen kerke heerlykhede van Ste-Pieters Desselghem, competerende de exemple abdye van Ste-Pieters nevens Gent, bestrekkende binnen de prochien van Desselgem, Beveren, Deerlyk en Waereghem, gemaeckt ten jaere 1764 door Joseph de Coster.
  • Rijksarchief Kortrijk, Gemeentearchief Desselgem, nummer 10: Sesden canton genaemt den Driesch, in Landtboeck der prochie van Desselgem, C.P. Minne, 1771.
  • COOREVITS S., DE CLERCQ E., Vensters op het Verleden, Erfgoedwandelingen in Beveren-Leie, Desselgem en Sint-Eloois-Vijve, 2008, p. 56.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Brugge, 1930, Deel X, kolom 380-381.
  • DELANGE B., De Desselgemse velodroom, in De Gaverstreke, jg. 28, 2000, p. 551-554.
  • DELANGE B., DUCATTEEUW E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen, Een tijdskroniek (deel 2), in De Gaverstreke, jg. 34, 2006, p. 166-169.
  • DELANGE B., DUCATTEEUW E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen (4), in De Gaverstreke, jg. 36, 2008, p. 311-312.
  • DUCATTEEUW E., Opgravingen op de Meierie in Desselgem, in De Gaverstreke, jg. 36, 2008, p. 491-500.
  • Gemeente Waregem, Overeenstemmingslijst, Straatnaamwijziging en nieuwe huisnummering, oktober 1990.
  • HASQUIN H., Gemeenten van België, Geschiedkundig en administratief-geografisch woordenboek, Deel 1 Vlaanderen, s.l., 1980, p. 184.
  • MERLIER R., De landelijke bebouwing in de Sint-Pietersheerlijkheid door de eeuwen heen in Desselgem, Beveren-Leie, Deerlijk en Waregem, promotor F. Dambre-Van Tyghem, Waregem, 1976, p. 166-167.

Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Waregem, Deel I: Stad Waregem, Deelgemeente Sint-Eloois-Vijve, Deel II: Deelgemeenten Desselgem en Beveren-Leie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL45, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Heilig Hartkapel

  • Omvat
    Vlashandelaarswoning

  • Omvat
    Vlasschuur

  • Is deel van
    Desselgem


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Meierie [online], https://id.erfgoed.net/themas/15647 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.