De voortuin van de pastorie is omhaagd met een geschoren taxushaag en heeft een sobere aanleg met sierperken en een recht pad dat op de voordeur uitgeeft. In de voortuin staat ook een grote hazelaarstruik wat typerend is voor de combinatie van een nuts- en siertuin. In de achtertuin van de pastorie staan een bomenrij van zomereiken en es en een vrijstaande okkernoot.

De achtertuin sluit aan op een gebied met open weilanden en bomenrijen genaamd “de Breul” waar in de 19de eeuw een groot aantal visvijvers lag. Deze vijvers werden gedempt in de loop van de 20ste eeuw, al kan er nog een licht reliëf/depressies in het terrein waargenomen worden. Het voorkomen van bomenrijen van zwarte els kan een restant zijn van de oeverbegroeiing van vroegere vijvers.