Dicht bij het kruispunt van Kouteren met Wijlegem staan twee zéér oude linden op het erf van de 18de-eeuwse Wijlegemhoeve. Deze abdijhoeve ontstond aan het begin van de 15de eeuw.
De lindebomen zijn aan de basis met een tak aan elkaar verbonden wat doet vermoeden dat ze oorspronkelijk deel waren van de afsluitingshaag bij het erf. Op de kabinetskaart van de Ferraris (1770-1778) staat de hoeve immers afgebeeld met rondom een omhaagde boomgaard, een landgebruik dat tot in de jaren 1960 behouden blijft. De lindes staan ook dicht bij een erftoegang en bleven dus vermoedelijk behouden om een oude toegang te begeleiden als welkomstboom. Dit is een zeer oude traditie waarbij men geloofde dat door de zuiverende werking van de lindebomen de bewoners op het erf beschermd werden van kwade invloeden.
Het zijn twee Hollandse linden met stamomtrekken van circa 4 en 5,5 meter. Ze worden periodiek en traditioneel gesnoeid als gekandelaarde boom. Dit wijst er op dat het snoeihout werd gebruikt als brand-, gerief- en constructiehout en dat de snoei ook benut geweest is in functie van loofvoedering.
Men beweert dat er aan de straatzijde bij de bomen een veldkruis zou hebben gestaan.