Teksten van Op enen gezette gele kornoelje

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/130266

Op enen gezette gele kornoelje ()

De gele kornoelje (Cornus mas) maakt deel uit van een gedeeltelijk bewaarde hoog- en halfstamboomgaard bij een voormalig boerderijtje langs de Herpelstraat te Roborst, ten noorden van de dorpskern. Het betreft een hoogstamfruitboom met een kruinstraal van 5 meter. De totale hoogte bedraagt 8 meter, de hoogte van de takvrije stam 2 meter. De gele kornoelje heeft een stamomtrek van 1,52 meter (gemeten op 1,50 meter hoogte, opnamein 2009). De boom vormt een beeldbepalend object, zeker wanneer hij vroeg in de lente in bloei staat, mede door zijn omvang en zijn mooie representatieve groeivorm. Als vertegenwoordiger van een bijzonder fruitras heeft deze boom een genetische waarde.

De op enene gezette struik vormt een eenheid met het volledig omhaagde boerenerf (eind 19de-/begin 20ste-eeuwse loonwerkerswoning), waarop hij indertijd is geplant voor de fruitproductie. Gele kornoelje was vroeger een meer voorkomende fruitboom; de bessen werden onder andere verwerkt tot jam. Ze werden ook medicinaal aangewend en gebruikt in de jeneverstokerij. In tweede orde werd de boom ook om sierredenen aangeplant (omwille van zijn uitbundige gele bloei in het vroege voorjaar) en het hout was gegeerd voor hamerstelen, voor spillen in de molenmakerij en voor wandelstokken. Volgens mondelinge getuigenissen kwam de laatste smid van Roborst tot voor kort uit deze boom hout zagen voor zijn hamerstelen; er ontbreken inderdaad een aantal zijtakken. Tijdens de tweede helft van de 20ste eeuw geraakte de soort in onbruik. Er zijn slechts een paar hoogstammige fruitbomen van gele kornoelje in Vlaanderen meer bekend. Dit exemplaar betreft de enige gekende in de provincie Oost-Vlaanderen en is mogelijk de dikste gele kornoelje van Vlaanderen.

Net buiten de kruinprojectie van de gele kornoelje zijn ook nog twee knotessen aanwezig. Op het erf staan verder nog een essenkaphaag, een opgaande es en een op stam gezette buxus boerentopiary.

  • Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DO002338, Thematisch-typologische en thematisch-geografische bescherming van het belangrijkste houtig erfgoed in Vlaanderen: Oost-Vlaanderen, fase A.1, nr. 16 (S.N., 2010).
  • VAN DER LINDEN G. 2005: Terreinbezoek Herpelstraat 27 (Zwalm) (terreinbezoek op 20 april 2005).

Auteurs:  Van der Linden, Geert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Op enen gezette gele kornoelje [online], https://id.erfgoed.net/teksten/176623 (geraadpleegd op ).


Op stam gezette gele kornoelje ()

De gele kornoelje maakt deel uit van een gedeeltelijk bewaarde hoog- en halfstamboomgaard bij een voormalig boerderijtje. Het betreft een hoogstamfruitboom met een kruinstraal van 5 meter. De boom vormt een eenheid met het volledig omhaagde boerenerf waarop hij is geplant voor de fruitproductie.

Gele kornoelje was vroeger een meer voorkomende fruitboom. De bessen werden onder andere verwerkt tot jam, medicinaal aangewend en gebruikt in de jeneverstokerij. De boom werd ook om sierredenen aangeplant omwille van zijn uitbundige gele bloei in het vroege voorjaar. Daarenboven was het hout gegeerd voor hamerstelen, voor spillen in de molenmakerij en voor wandelstokken.

Volgens mondelinge getuigenissen kwam de laatste smid van Roborst tot voor kort uit deze boom hout zagen voor zijn hamerstelen; er ontbreken inderdaad een aantal zijtakken. Tijdens de tweede helft van de 20ste eeuw geraakte de soort in onbruik.

Er zijn slechts een paar hoogstammige fruitbomen van gele kornoelje in Vlaanderen meer bekend, waarvan deze mogelijk de dikste is. Op het erf staan nog een essenkaphaag, een opgaande es en een op stam gezette buxus boerentopiary.


Auteurs:  Van der Linden, Geert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Op enen gezette gele kornoelje [online], https://id.erfgoed.net/teksten/156108 (geraadpleegd op ).