Op het hoog talud langs de ruilverkavelingsweg staat een restant uit een houtkant, bestaande uit zes oude hakhoutstoven van es (drie stuks), olm, vlier en sleedoorn.
Het beplante talud is al zichtbaar op de militaire topografische kaart uit 1870. Mogelijk ontstond deze beplanting uit een oude erfafsluiting van een ondertussen al lang verdwenen hoevetje dat nog staat afgebeeld op de kabinetskaart van graaf de Ferraris (1770-1778). In deze streek werden essen immers vaak gebruikt in kaphagen rondom erven.
De beplanting bleef mogelijk behouden omdat deze parallel aan de hoogtelijnen liep en dus erosie tegenging. Door de continue aanwezigheid van beplantingen, die het afspoelen door erosie van de vruchtbare bodems in het akkergebied kon voorkomen, ontstond er een talud. Het talud is ongeveer 3 meter hoog en bakent de hoger gelegen kouter af ten opzichte van de lager gelegen gronden die vroeger als weiland in gebruik waren. De essenhakhoutstoven met een omtrek van soms meer dan 6,5 meter zijn hier nog de zeldzame getuigen van een hakhoutbeplanting die werd onderhouden in functie van erosiebestrijding.
- De Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden van Jozef Jean François de Ferraris, opgesteld tussen 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000. Koninklijke Bibliotheek van België, http://www.kbr.be/collections/cart_plan/ferraris/ferraris_nl.html.
- Topografische kaarten van België, Krijgsdepot: Eerste editie uitgegeven tussen 1865-1880, schaal 1:20.000. Herziening, Militair Cartografisch Instituut: tweede uitgave, 1880-1884, derde uitgave 1889-1900 en herziening derde uitgave 1900-1930, schaal 1:20.000. (Lemoine-Isabeau, 1988)
- Kaart van België, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven tussen 1928-1950, schaal 1:20.000.