De bomenrij met vijftien knotbomen van zomereik (Quercus robur) bevindt zich langs de Klein Drogenhofstraat te Lubbeek (deelgemeente Lubbeek), ten zuidwesten van de dorpskern. De grootste knoteik heeft een stamomtrek van 2,83 meter (gemeten op 1,50 meter hoogte) en is 10 meter hoog. De maximale diameter van de kroon bedraagt 5 meter.

Van oudsher is het landschap in de omgeving van Lubbeek kleinschalig met akkers, weilanden en bossen. Hoewel deze knoteiken geen unicum zijn in de streek, komen zij in het Hageland een stuk minder voor dan in de Zuiderkempen. In het glooiende landschap en op een talud langs de weg vormen deze knoteiken een beeldbepalend object. De bomen hebben een mooie representatieve groeivorm voor de soort. Het knotten van eiken was vroeger een veel gebruikte snoeivorm in het Hageland. Deze beheervorm raakte in onbruik, waardoor knoteiken de laatste decennia stelselmatig uit het landschap verdwenen. Knotbomen voorzagen de lokale gemeenschap onder meer van rijshout, geriefhout, brandhout of loofvoedering. De knoteiken werden meestal langsheen perceelranden aangeplant om de perceelgrenzen vast te leggen.