De knotbomenrij van vijftien knotbomen van zomereik (Quercus robur) staat samen met enkele opgaande bomen op een bescheiden aarden wal langsheen een onverharde weg in het oosten van de Aarschotse deelgemeente Langdorp, meer bepaald aan de noordkant van een landduingordel in de buurt van de Heimolen. De grootste knoteik heeft een stamomtrek van 2,52 meter op 1,50 meter hoogte en is 18 meter hoog (opname in 2009).
Het omliggende 18de-eeuwse heidelandschap met kleinschalige akkers en vijvers maakte in de 19de eeuw plaats voor naaldhoutaanplanten. In het kleinschalig landschap van de Zuiderkempen vormen knoteiken een beeldbepalend object. Langsheen de Hertbreemstraat is de representatieve groeivorm van de knotbomen goed waar te nemen. Het knotten van eiken was vroeger een wijdverspreide snoeivorm in deze regio. Deze beheervorm raakte in onbruik, waardoor knoteiken de laatste decennia stelselmatig uit het landschap verdwenen. De knoteiken voorzagen de lokale gemeenschap van onder andere rijshout, geriefhout, brandhout of loofvoedering. De knoteiken werden meestal langs perceelranden aangeplant, als markering van de perceelgrenzen. Bovendien bevinden ze zich vaak op een aarden wal om problemen met een te hoge (grond)waterstand te vermijden. Als lineair element versterkt de knoteikenrij langs de onverharde weg de langwerpige perceelstructuur van de omgeving. De weg draagt bij tot het landelijke karakter van de omgeving.
Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier DB002306, Houtig erfgoed Vlaams-Brabant, fase A.1, nr.42. Auteurs: Van Ormelingen, Jan Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)