De de Ghellincklaan, in 1870 aangeplant door baron Augustin Charles Nicolas T'Serclaes, is een ongeveer 800 meter lange dubbele lindendreef met 382 bomen die het kasteel van Noordwerwijk verbindt met het dorp.
Historiek
De lindendreef werd in 1870 aangeplant door baron Augustin Charles Nicolas T'Serclaes, bewoner van het kasteel en burgemeester van Noorderwijk van 1861 tot 1893. De huidige dreef was de vervanging van een vroegere dreef die gerooid werd in 1860. Die vroegere dreef was te situeren op een 100-tal meter ten noorden van de huidige. Ze liep evenwijdig aan de huidige en was ongeveer even lang. De locatie is momenteel nog herkenbaar als een veldweg van het kasteel naar het dorp die bekend staat onder de plaatsnaam ‘Oude Dreef’. De bomen van de oude dreef werden toen op stam verkocht voor 23.000 frank. Dit herinnert ons aan het feit dat dreven vroeger niet alleen een architectonische functie hadden, maar ook een economische waarde. Hout was immers een belangrijke grondstof. De linde had daarnaast nog een bijkomend voordeel. Hij verschaft de zeer gegeerde lindebloesem waarvan men een geneeskrachtige thee kan maken die vroeger veel gedronken werd. De lindebloesem, die eind juni aan de bomen verschijnt, werd dan ook verkocht. Dit gebruik is later teloorgegaan.
Beschrijving
De de Gellincklaan is de grotendeels onverharde weg die het dorp van Noorderwijk verbindt met het domein van het kasteel van Noorderwijk. Het is een ongeveer 800 meter lange dubbele lindendreef met 382 opgaande bomen die vroeger als de ‘Grote Lindedreef’ bekend stond. Enkel aan de toegang tot de dreef staan Italiaanse populieren (Populus nigra ‘Italica’). De dreef is grotendeels onverhard en heeft uniforme grazige bermen. Dit landschapselement heeft een eigen herkenbare structuur ten overstaan van de landelijke omgeving waar ze gesitueerd is.
Er komen verschillende lindesoorten, namelijk Hollandse linde (Tilia europaea (x)), grootbladige linde (Tilia platyphyllos) en kleinbladige linde (Tilia cordata) of kruisingen (tussen de drie voornoemde soorten) voor in de dreef. Dit is allicht de hoofdreden dat er nogal wat groeiverschillen voorkomen. De bomen zijn 12 tot 15 meter hoog en hebben een diameter van minimum 30 centimeter tot maximum 70 centimeter. De ene soort of kruising is toleranter dan de andere ten opzichte van de bodemzuurtegraad. Vermoedelijk is de bodem er vrij zuur. Lindebomen groeien hierop minder krachtig door onder andere een verminderde kalium-opname. Dit is de voornaamste reden dat de bomen minder imposant zijn dan dat hun ouderdom laat vermoeden. De bomen verkeren op het moment van de bescherming (2001) in het algemeen nog in een goede conditie.
- Onroerend Erfgoed Antwerpen, digitaal beschermingsdossier DA002201, De Ghellincklaan (S.N., 2001).