De houtkant, met daarin heel zware knotbomen en hakhout van tamme kastanje, staat op een talud op de perceelsgrens van twee weilanden in de vallei van de Sassegembeek. Het hakhout van tamme kastanje meet een omtrek tot 310 cm op een hoogte van 20 cm. Delen van het hakhout zijn later in een knotbeheer omgezet, met een knothoogte van 1,8 m. Enkele vergroeide knotbomen hebben een omtrek van 433 cm.

De knotbomen van tamme kastanje zijn laag geknot (ongeveer op 1 m). Deze knotbomen meten tot 221 cm omtrek. In de houtkant zijn ook sporen van een kaphaag van fladderiep. Enkele stobben van fladderiep, met in de omgeving jonge opslag, zijn op verschillende plaatsen in de houtkant aanwezig. Samen met de fladderiep als hoekboom en de fladderiepen op de steilrand in een andere perceelsrand van het weiland, vormen ze vermoedelijk een relict van een kaphaag van fladderiep. Het sterk verruigd weiland heeft op verschillende plaatsen een oprukkende bosrand.

De houtkant heeft een natuurlijke verrijking met meidoorn, hazelaar, gewone vlier, gladde iep en andere iepen.