is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Domein Vijverbeek
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Landhuis Vijverbeek
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Landhuis Vijverbeek
Deze vaststelling was geldig van tot
Schoolcomplex met gebouwen uit 1950 en 1960, omringd door een 'Nouveau Jardin Pittoresque'-achtige aanleg, en met als oudste kern een eclectisch kasteel uit 1885 omringd door sporen (oude bomen) van een park in landschappelijke stijl, oorspronkelijk 95 are, na 1905 uitgebreid tot 3 hectare 62 are.
Het atheneum van Asse nam in 1947 zijn intrek in het domein Vijverbeek aan de zuidrand van Asse. Het kasteel, een bakstenen gebouw met een vierkante plattegrond, een souterrain, twee hoge bouwlagen en een lage bovenverdieping, werd in 1884-1885 door brouwer Emile Goossens gebouwd en vormt de kern van dit landgoed. De drie middelste van de zeven traveeën van de voorgevel zijn verenigd in een risaliet in de vorm van een trapgevel, de drie middelste van de achtergevel in een erker met balkon. Het baksteenmetselwerk wordt opgesmukt met arduin voor de hoekkettingen, de ontlastingsbogen, de banden en de omlopende en de door steigergaten geritmeerde cordonlijst tussen de eerste en de tweede verdieping. Met zijn torentje, trapgevel en getrapte dakventers verwijst ook het bijgebouw (stallen, koetshuis, portierswoning) rechts van het kasteel naar de traditionele bouwtrant. Het kasteel werd omringd door een 'lusthof' van 95 are, die op de stafkaart van 1891 wordt afgebeeld als een trapeziumvormig perceel met het kasteel op het knooppunt van twee ronde lussen: een kleine lus als verkeersrotonde en ereplein tussen de straat en het kasteel, een grote lus achter het kasteel. In de kadastrale legger wordt geen gewag gemaakt van een moestuin en op de stafkaart is er evenmin iets te zien wat op het bestaan ervan zou kunnen duiden. Vijf bomen in de omgeving van het kasteel – witte paardenkastanje (Aesculus hippocastanum), gewone en bruine beuk (Fagus sylvatica, F.s. 'Atropunicea'), tamme kastanje (Castanea sativa), haagbeuk (Carpinus betulus) – herinneren aan deze vroegste landschappelijke tuin.
In 1904 werd Vijverbeek verkocht aan burggraaf en volksvertegenwoordiger Théophile de Lantsheere, die het landgoed onmiddellijk ruilde voor het domein Putberg. Aldus kwam Vijverbeek in handen van Leon (voluit Leon-Eugène-Isidore) De Coster (°1854-†1928), katholiek volksvertegenwoordiger en van 1895 tot 1921 burgemeester van Asse. Hij liet het park in noordwestelijke richting uitbreiden tot op de helling naar Vijverbeek-Broekebeek, zodat de oppervlakte toenam tot 3 hectare 62 are. Een groot gedeelte van het huidige bomenbestand dateert uit het interbellum – naast witte paardenkastanje, beuk en plataan (Platanus x hispanica), diverse cultivars met afwijkende bladvormen of -kleuren: zilveresdoorn met ingesneden blad (Acer saccharinum 'Laciniatum'), Noorse esdoorn met bruinrood blad (Acer platanoides 'Schwedleri'), bontbladige esdoorn (Acer pseudoplatanus 'Leopoldii') en – als curiosum – een zomereik met witgemarmerd blad (Quercus robur 'Albomarmorata'). De structuur van het park wordt afgebeeld op de stafkaart van 1930. Een ereplein met de nog bestaande boogvormige op- en afritten vormt de toegang tot het kasteel dat 30 m van de straat verwijderd ligt. Het centrale rozenperk, zichtbaar op ansichtkaarten uit de tijd van De Coster, is sinds lang verdwenen. Het parkgedeelte achter het kasteel bestond uit twee concave, door hoogstammig groen omzoomde ruimten: de ruimte aansluitend bij het kasteel, die samenvalt met de oude 'lusttuin', werd ontsloten door een kleine, niervormige lus, de uitbreiding door een grote cirkelvormige lus.
Na de dood van Leon De Coster in 1928 werd Vijverbeek bewoond door zijn weduwe, zijn zusters Léocadie en Céline en zijn kinderen. Tijdens de oorlog werd het kasteel gebruikt als 'Kommandantur'. In 1946 werd het domein voor 1,3 miljoen frank verkocht aan een zekere Berthe de Bidlot uit Luik, die het – na een poging om er een luxerusthuis van te maken – een jaar later voor 3,5 miljoen frank doorverkocht aan de Belgische Staat. De 'lusthof ' (perceel 68h) besloeg op dat moment 2 hectare 88 are. In het schooljaar 1949-1950 telde de rijksschool, die in het kasteelcomplex werd ondergebracht, al 750 leerlingen – ongetwijfeld te veel voor de bestaande gebouwen.
De eerste steen van het nieuwe gebouwencomplex van het Koninklijk Atheneum werd gelegd op 20 mei 1950. Het werd een robuuste baksteenbouw met vage verwijzingen naar de cottagearchitectuur en ook het modernisme: grote, betegelde schilddaken, breukstenen plinten, erkerachtige uitsprongen, boogramen en -deuren, een puntgevel versus grote ramen met metalen schrijnwerk. Deze gebouwen werden opgetrokken op het vlakke gedeelte achter het kasteel, dat zelf werd gereserveerd voor het internaat. De boomgordel werd als het ware vervangen door een gordel van gebouwen en het centrale, concave gazon maakte plaats voor een voetbalveld en een betegelde speelplaats. De ligusterhagen, de breukstenen muurtjes en het dito waterbekken (met een mailloleske 'baigneuse') voor het huidige gebouw van de kinderopvang (oorspronkelijk administratie en ziekenboeg), getuigen niet alleen van het feit dat de landschappelijke omkadering in het bouwdossier een belangrijke rol speelde, maar ook van de inspiratie van de ambtenaar-ontwerper, die ongetwijfeld zijn voorbeelden gezocht heeft in de 'Nouveau Jardin Pittoresque', de belangrijkste beweging op het gebied van tuinaanleg tijdens het interbellum (opgericht in 1913), een Belgisch uitvloeisel van de 'Arts and Crafts'-beweging. Bij een volgende bouwcampagne in 1959-1960 in het afhellende noordwestelijke gedeelte van het domein was de 'Expoarchitectuur' troef – losse paviljoenen, betonskeletten, grote glasvlakken en gekleurde panelen, platte daken of zwak hellende lessenaarsdaken, een overvloed aan prefabelementen. Het aanzienlijke reliëfverschil werd opgevangen door trappenpartijen en terrassen met keermuren en paden in breukstenen.
Merkwaardige bomen (opname 14 juli 2004)
Het cijfer in vet geeft de stamomtrek in centimeter weer, gemeten op circa 150cm hoogte.
Bron: DENEEF, R., 2011. Historische tuinen en parken van Vlaanderen - Noordwestelijk Vlaams-Brabant: Affligem, Asse, Grimbergen, Kapelle-op-den-Bos, Londerzeel, Meise, Merchtem, Opwijk, Wemmel, Brussel: Vlaamse Overheid. Onroerend Erfgoed.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Landhuis Vijverbeek
Is deel van
Nieuwstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Domein Vijverbeek [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134026 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.