Tuin uit het midden van de 20ste eeuw met oudere mispel en geschoren meidoornhagen bij een in 1903 gebouwd klooster met schoolgebouw en hekken in rustieke stijl.
De geschoren meidoornhagen die de lange bakstenen muur van het kasteel verder zetten en ook de boomgaarden aan de overzijde van de Hekslaan begrenzen, omzomen eveneens het perceel op de hoek van de Hekslaan en de Meerstraat. Hier werd in 1903 in opdracht van het kasteel een nonnenklooster gebouwd waarvan de gebouwen een rustieke en pittoreske uitstraling vertonen dankzij de inplanting, de complexe plattegrond, de gevarieerde daken, het gelede volume, de bakstenen fries en de vensterramen met kleine roedeverdeling. Het eenvoudiger en lager schoolgebouw ligt aan de overzijde van de geplaveide speelplaats die zich uitstrekt aan de achterzijde van het klooster. Beide gebouwen verloren hun functie en zijn nu herbestemd als woning.
Het perceel heeft twee toegangen. De eerste, in de afgeronde hoek van beide straten en bestemd voor het klooster, is een overluifeld eenvoudig spijlenhek van smeedijzer tussen bakstenen pijlers met een voet in rustiek metselwerk van natuursteen. De tweede toegang voor de school ligt in de onverharde Meerstraat en bestaat uit een overluifelde inrijpoort en een voetgangershekje van dezelfde eenvoudige makelij. Ze sluiten aan bij een dienstvleugel met torentje, haaks op het schoolgebouw. Hier ook is het rustieke en pittoreske karakter aanwezig in het silhouet en in de met ruwe grijze stenen gemetselde voeten van de hekpijlers.
De tuin die de driehoekige ruimte beslaat tussen het klooster en de toegang in de hoek, is in zijn huidig voorkomen maar half zo oud als de gebouwen. Hij paalt aan de beek die het goed begrenst en is niets meer dan een grasveld met aarden rondweg, een rij dennen langs de Meerstraat en een rand van bomen met gewone es (Fraxinus excelsior), els (Alnus), witte paardekastanje (Aesculus hippocastanum), Zweedse lijsterbes (Sorbus intermedia) die aangevuld met wordt met struiken als rode kornoelje (cornus sanguineum), gewone hazelaar (Corylus avellana) en lonicera nitida. De aanwezigheid van een oude mispel (Mespilus germanica) wijst misschien wel op het oorspronkelijke gebruik als moes- en siertuin. Op de voormalige speelplaats staat een linde (Tilia spec.) als solitair. De meidoornhaag rond het perceel loopt aan de Hekslaan ook verder langs de aanpalende boomgaard tot aan de voormalige tramhalte (nu Hekslaan nummer 50) en een zelfde haag bepaalt ook de overzijde.
- PAUWELS D., SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14N4, Brussel - Turnhout, p. 265.