Parkje in landschappelijke stijl met pittoresk karakter, (nagenoeg 15 hectare), bij een huis in een landschappelijke versie van de neoclassicistische stijl met landgebouwen en moestuin, het geheel van 1852.
Het domein is geïsoleerd gelegen ten zuiden van Spalbeek, ten noorden van de Herk en wordt bevloeid door de Rijsbeek. Het werd in 1852 gecreëerd door Eugène Pollenus (1796-1879), procureur en burgemeester van Spalbeek. In 1882 en 1911 werden de landgebouwen uitgebreid en de vakwerkschuur werd overgebracht naar verluidt van uit Kozen en was afkomstig van de Kempeneersschans in Wijer (Nieuwerkerken). In 1918 werd tegen het huis een keukenvolume toegevoegd. De voormalige toegangsdreef naar de Weijerstraat werd pas in 1896 gekadastreerd.
Op de dépôt-kaart met de terreinopname van 1870 ligt het huis binnen de hoogtelijn van 29 meter, ten noorden van de Jodenstraat. Op de 1884-kaart verschijnen de bijgebouwen en de ommuurde moestuin ten westen, een dreef naar het noorden in de as van het huis en tenslotte het parkje ten zuiden. De oprit is in de langwerpige rondweg geïntegreerd en de oude gracht aan de straat doet dienst als vijver. De stafkaart met de opname van 1933 komt met de huidige configuratie overeen.
De huidige toegang ligt aan de Herkkantstraat en gebeurt tussen twee recente bakstenen pijlers met ingediepte voegen en dunne dekstenen van beton, naar het model van de voormalige hoofdtoegang. Die lag ten oosten aan de Oudestraat, nu een landweg, ter hoogte van een dreef naar de Weyersstraat. De twee oude toegangspijlers met een deksteen van blauwe hardsteen met diamantpunt, bleven daar staan. De huidige oprit ligt in grijze grind, deels begeleid door een haag van eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna). Aan de Oudestraat blijft een restant van een zelfde haag als begrenzing over.
Het park met pittoresk karakter, bezit merkwaardige bomen en een dreef van bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea') in de as van het huis, naar het noorden, met parallel een ontwateringsgracht. De kleine vijver is ontstaan door kleiwinning voor de vervaardiging van bakstenen en pannen voor de woning. Een ruim grasveld strekt zich achter het huis uit. Verschillende grote bomen sneuvelden tijddens de stormen van de laatste jaren, maar recente aanplantingen moeten de leemten opvullen. De nutstuinen, moes- en bloementuin en boomgaard, bevinden zich ten westen van de landgebouwen en zijn deels met een lage bakstenen muur en deels met een haag van gele kornoelje (Cornus mas) begrensd. Een eenvoudig, verzorgd smeedijzeren ingangshekje hangt tussen bakstenen pijlers met natuurstenen deksteen. Het heeft vierkant stijl- en regelwerk met spijlen. Tegen de zijpuntgevel van het wagenhuis groeien leiperen. Een prettig gegeven hierover is een krantenbericht van 1863 dat vermeldt dat 'B. Claes, hovenier by M. Pollenus te Spalbeek' het diploma bekwam 'voor het kweeken en snoeijen der fruitboomen in de staetshofbouwschool te Vilvoorden'.
De grijsgeschilderde rechte bordestrap met balusterspijlen en witte liggende leeuwen, is het resulaat van de verbouwing van de vorige, eenvoudige pui met dubbele steektrap.
Bomen
(Het cijfer tussen haakjes is de stamomtrek gemeten op 150 cm hoogte)
Amerikaanse eik (Quercus rubra), bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), Canadapopulier (Populus x canadensis), fijne spar (Picea abies), gewone hazeaar (Corylus avellana), gewone lijsterbes (Sorbus aucuparia), gewone plataan (Platanus x hispanica), gewone robinia (Robinia pseudoacacia), gewone taxus (Taxus baccata), grauwe abeel (Populus x canescens), gewone moerascipres (Taxodium distichum), moeraseik (Quercus palustris), bastaardzomereik (Quercus x rosacea), bindwilg (Salix alba 'Chermesina'), tamme kastanje (Castanea sativa), vederesdoorn (Acer negundo), witte paardekastanje (Aesculus hippocastanum), zilverlinde (Tilia tomentosa), Coloradozilverspar (Abies concolor), zomereik (Quercus robur). Naast merkwaardige struiken als een oude herfstpaardekastanje (Aesculus parviflora), een camellia (Camellia x williamsii), een oude schijnels (Clethra alnifolia), een oude sneeuwklokjesboom (Halesia carolina), mahoniestruik (Mahonia aquifolium), Beshulst (Ilex aquifolium 'Pyramidalis') en scherpe hulst (Ilex aquifolium). Ook leifruit tegen de bijgebouwen. Goed ontwikkelde kruidlaag met eénbes, gevlekt longkruid, knolsteenbreek,lelietje-der-daen, sneeuwklokje, veelbloemige salomonszegel. Verder ook gewone esdoorn met bont blad (Acer pseudoplatanus 'Leopoldii') (172 cm, 40 jaar oud), rode bastaardpaardekastanje (Aesculus x carnea) (204 cm), tamme kastanje (352 cm),bruine beuk (264, 193, 264, 524 cm), monumentale gewone beuk (Fagus sylvatica) bebladerd over de ganse lengte van de takken (504 cm, van omstreeks 1870), gewone plataan (276, 306 cm), zomereik (555 cm), gewone robinia, cultivar (Robinia pseudoacacia 'Tortuosa') (316 cm), Hollandse linde (Tilia x vulgaris) (314 cm).
Bron: DE MAEGD C. EN VAN DEN BOSSCHE H., 2006: Historische tuinen en parken van Vlaanderen. Inventaris Limburg. Deel 2: As, Beringen, Diepenbeek, Genk, Ham, Hasselt, Heusden-Zolder, Leopoldsburg, Lummen, Opglabbeek, Tessenderlo, Zonhoven, Zutendaal, Brussel: Vlaamse Overheid. Onroerend Erfgoed.
Auteurs: De Maegd, Christiane; van den Bossche, Herman
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is gerelateerd aan
Kasteel Rijsdaal
Is deel van
Spalbeek
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Park van het kasteel Rijsdaal [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134633 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.