Dit gebied ligt ten oosten van de weg tussen Zandvoorde (Oostende) en Oudenburg, ten westen van het kanaal Nieuwpoort-Plassendale en ten zuiden van de spoorlijn Oostende-Brugge.
De ondergrond bestaat uit oude kleiplaatgronden en zandige sedimenten langs de weg Zandvoorde-Oudenburg. De kleiplaatgronden liggen lager dan de zandige kreekgronden door de ongelijkmatige inklinking. Daardoor kennen ze ook nattere bodemcondities wat zich vertaalt in een historisch permanent graslandgebruik. Sommige percelen zijn bovendien ontveend, wat ze uiterst nat heeft gemaakt. De graslanden vertonen opvallend microreliëf en ontwateringslaantjes. Hun grillig grachten- en/of perceleringspatroon wordt geaccentueerd door rietvegetatie. Verspreid komen enkele eenzame knotbomen of struiken voor. De meeste grachten wateren af via het Zwaanhoekgeleed en het oude Poldergeleed dat het gebied van zuid naar noord doorsnijdt. Het gebied heeft dus een uitgesproken open karakter.
De vochtige omstandigheden en de begrazing of hooilandbeheer zorgen voor een gevarieerde vochtminnende flora die zeer soortenrijk is ten noorden van de autosnelweg Oostende-Brugge. Tegelijk bieden de graslanden een rust-, foerageer- en broedplaats voor talrijke avifauna door hun waterrijke omgeving. Op de zandige afzettingen aan de rand van het gebied liggen eerder akkerlanden en bebouwing. De bebouwing bestaat uit kleine, lage en meestal gave hoeves (enkele zeer gave langs het kanaal Nieuwpoort-Plassendale). In het noordwesten ter hoogte van de afrit van de autosnelweg nabij Zandvoorde staat de grotere, zeer goed bewaarde hoeve De Zande.