Het gebied situeert zich op grondgebied van de gemeenten Lede (Smetlede) en Wichelen (Serskamp).
De heuvelrij van Wetteren-Serskamp-Lede is de meeste noordelijke uitloper van het heuvelgebied tussen Schelde en Dender. De dorpskom van Serskamp ligt op een hoogte die een enigszins afwijkende bodemsamenstelling heeft, in vergelijking met de omgevende gronden: veeleer droog lemig zand en licht zandleem op de hoogte en vrij vochtig tot nat zandleem op de lager gelegen gronden. Op de overgangszones tussen lemig zand en zandleem treft men kwelzones aan met voedselarm kwelwater. Men vindt ze in hoofdzaak terug op de hellingen naar de Serskampse beek en ook in de buurt van het Eedgoed. In en om Serskamp strekken zich tot op de dag van vandaag nog enkele bosgebieden uit van enige omvang (10 tot circa 40 ha).
De Serskampse beek heeft een diepe vallei uitgestuurd, ze ontspringt nabij de wijk Wolfsgat op een hoogte van 22 m. De vallei is asymmetrisch, de rechteroever is over het algemeen veel steiler dan de linker. De steile hellingen zijn grotendeels bebost: het reliëf schommelt er tussen de 15 en 25 m. In de omgeving van Serskamp-dorp wordt het tertiaire zandfacies aangetroffen. Tijdens de laatste ijstijd werd lemig zand tot licht zandleem afgezet. In het Holoceen werden de valleien opgevuld met kleiig en lemig alluvium. Langs de Serskampse beek heeft men sterk gleyige gronden op zandleem met reductiehorizont, die naar de dorpskern van Serskamp hoofdzakelijk overgaan in droge lemig zandgronden.
In de vroege middeleeuwen zien we dat de streek deel uit maakt van de grote Brabantgouw. Op het einde van de 10de eeuw behoort het gebied tot het graafschap Buxud (Biest) waarvan de zetel vanaf 1046 in Aalst was gevestigd. Na de dood van de laatste graaf van Aalst erven de graven van Vlaanderen deze titel.
De kabinetskaart van Ferraris (1770-1778) is het gebied van de Serskampse bossen in twee grote entiteiten, langs beide zijden van de dorpskern, gelegen. Het westelijke boscomplex, het Serskampbos, is het grootste van de twee en het omvatte onder meer de huidige bossen langs de Serskampse beek en de bossen van Oud-Smetlede. Het geeft op de kaart reeds een versnipperde indruk. Ter hoogte van één van de randzones, in de omgeving van de kapel van het Bruyn Cruys, bemerkt men een vrij uitgestrekte heideachtige wastine (vague) van meerdere hectaren groot. Het oostelijke gedeelte is het Brostberghbos: het bestaat uit het huidige Nonnenbos en omsluit tevens het toen nog als kasteeldomein aangeduide Eedgoed. Dit deel is niet in de afbakening opgenomen. Het domein Eedgoed werd toen geflankeerd door een reeks vijvers die naar de dorpskom van Serskamp toe grensden aan een heidezone. Volgens de kabinetskaart van de Ferraris was deze zone moerassig en in de winter enkel te paard doorwaadbaar. Het oostelijk bosgebied was nog veel meer versnipperd dan het westelijke: een mozaïek van bos, vijvers, dammen, wastines, landbouwgronden en kleine gehuchten.
In de 18de eeuw maakten de hakhout- en middenhoutbossen nog de hoofdmoot van het bosbestand uit: de omvorming naar hooghout met beuk was nog maar pas ingezet. Het cyclisch beheer van het hakhout kwam ongetwijfeld ten goede aan lichtminnende plantensoorten. Bij het roterend hakhoutbeheer zijn er altijd wel ergens open plekken in het bos aanwezig waar deze planten kunnen gedijen. Van het nat en zuur elzenbroek en het droog, zuur, lichtrijk eiken-berkenbos met overgangen naar heide, zijn er maar enkele fragmenten meer overgebleven. De sterk in omvang ingekrompen Serskampse bossen van vandaag lijken nog weinig op de traditionele hakhoutbossen. Ze bestaan voor een flink deel uit naaldhout en uit hoogstammig loofhout. Waar het hakhout nog aanwezig is wordt het dikwijls versmacht door het dicht aangeplante hoogstammige loof. Van de vroeger aanwezige heidevelden die de overgang met het bos markeerden, bijvoorbeeld ter hoogte van de plek waar de kapel van het Bruyn Cruys stond, blijft er niets meer over. De getuigen van het heideverleden zijn schaars geworden. Rond de versnipperde bossen liggen vandaag vele boomkwekerijen. Wat er geteeld wordt is afhankelijk van de vraag van de markt. Nu is een kleine meerderheid sierboom, het overige zijn voornamelijk fruitbomen.
Bron: Ankerplaats 'Vallei Serskampse Beek'. Landschapsatlas, A40078, Agentschap Onroerend Erfgoed, Brussel.
Auteurs: Van den Bremt, Paul; Tack, Guido; De Meirsman, Reginald; Vanmaele, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Massemen
Is deel van
Oordegem
Is deel van
Serskamp
Is deel van
Smetlede
Is deel van
Wetteren
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Vallei van de Serskampse Beek [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/135234 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.