Bescheiden langgestrekte hoeve. Rechthoekig gebouw (nok loodrecht op de straat), vermoedelijk van circa 1725 in vakwerkbouw, in de eerste helft van de 19de eeuw op bestaande funderingen in steen gebouwd (zie metselverband en bouwnaden zuidgevel); met ommuurd domein en kleine stalling uit het eerste kwart van de 20ste eeuw (nok parallel aan de straat) en twee waterputten met wip.
Verankerd bakstenen gebouw van vier traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (mechanische pannen); onderkelderde noordoostzijde. Zuidelijke voorgevel met rechthoekige beluikte vensters en dito deuren met arduinen dorpels; rechthoekige schuurpoort met houten latei.
Interieur: klassieke indeling met van links naar rechts schuurtje, stalling, huis met grote beschilderde bakstenen schouw. In de noordoostelijke hoek moos met ernaast trapje naar opkamer en luik naar keldertje. Kamer met schouw uit het eerste kwart van de 20ste eeuw.
WILLEMS J ., ir. arch. I.G.E.A.N., onuitgegeven nota (1983).
Bron: PLOMTEUX G., STEYAERT R. & WYLLEMAN L. 1985: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 10n2 (Ho-Ra), Brussel - Gent. Auteurs: Wylleman, Linda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)