Molen Van den Kinschot is een stenen olie- en korenwindmolen van het type bovenkruier (stellingmolen), tussen 1856 en 1858 opgericht door Victor Somers-Devos.
Oorspronkelijk was het uitsluitend een oliemolen maar vanaf 1899 diende de molen vooral (en later uitsluitend) om graan te malen. De kuip werd op een bepaald moment cilindrisch verhoogd zodat de kap kon hergebruikt worden. Tussen 1902 en 1907 kreeg de molen nieuwe Verhaegheroeden (1902-1907) en in 1903 plaatste Van den Kinschot een stoommachine als hulpmotor. Rond 1925 werden de kap en wieken verwijderd maar er werd wel nog mechanisch gemalen. Later werd de molen herbestemd tot woning. In 2001 volgde een bescherming als monument en vijf jaar later werden restauratiewerken uitgevoerd door Renotec (gevelrestauratie) uit Geel, naar plannen van architectenbureau Paul Gevers uit Kasterlee.
De molenromp is achterin gelegen tussen lintbebouwing uit de eerste helft van de 20ste eeuw. Het is een rond, schuin oplopend bakstenen gebouw van zeven bouwlagen met een rechte en overkragende zevende bouwlaag, onder een plat dak. Sporen van de houten omgang en de molenkap zijn zichtbaar (steigergaten ter hoogte van de tweede, derde en zevende bouwlaag). De romp wordt geopend door een rondboogpoort op de begane grond, een rechthoekig venstertje op de eerste en tweede zolder en rondboogvormige vensters met bakstenen sierwaterlijst op de derde, vierde en vijfde zolder, alle boven elkaar geplaatst. De maalinstallatie bleef deels bewaard.
De mechanische maalderij bevindt zich in een aanpalende gebouw ten noorden van de molen. De molenaarswoning bevindt zich op nummer 48.
- HOLLEMANS H. & LEMMENS P.J. 1982: Molens van de Voorkempen en van Groot-Antwerpen, Nieuwkerken-Sint-Niklaas, 83.
- PLOMTEUX G., STEYAERT R. & WYLLEMAN L. 1985: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 10N2 (Ho-Ra), Brussel - Gent.