De Witte Molen is een laat 17de-eeuwse achtkantige stenen korenwindmolen (oorspronkelijk oliewindmolen) van het type bovenkruier (bergmolen).
In 1696 kwamen Pieter Verbraeken en Dominicus Collier overeen met Jacoba van der Haeghen, abdis van de Roosenbergabdij in Waasmunster, om op dit perceel een achtkantige, Hollandse oliewindmolen op te richten. Rond 1850 werd de molen omgebouwd tot korenwindmolen en waarschijnlijk werd de molen toen een meter opgemetseld en de as met een las verlengd. Later diende de molen ook als slagmolen voor het persen van olie uit kool- en raapzaad. In 1936 werd het gevlucht verdekkerd en in die periode was er ook een mechanische maalderij met een stoommachine ingericht in een bijgebouw. In 1981-1982 herstelde men de molen naar ontwerp van architect Fernand Weyers uit Sint-Niklaas maar in november 1983 raakte de molen zwaar beschadigd tijdens een storm, wat deels hersteld werd in 1985. In 2005 volgde een nieuwe grondige restauratie met onder andere vervanging van de verdekkerde roeden door een geklinknageld, verbusseld gevlucht van 25 meter door molenmaker Adriaens Molenbouw Weert, naar ontwerp van architecte Sabine Okkerse uit Horebeke.
De Witte Molen heeft een kap (leien) met Hollandse kenmerken en kruit op een ijzeren pasternosterring. De witgeschilderde bakstenen achtkantige romp heeft eenvoudige rechthoekige muuropeningen. Binnen bleven drie steenkoppels, een buil en een haverpletter bewaard.
Ten zuiden van de molen bevindt zich het vroeg 19de-eeuwse molenaarshuis van één bouwlaag en negen traveeën onder een afgewolfd zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen) met een dakvenster. Het bestaat uit verankerde baksteenbouw met vlak omlijste en getraliede rechthoekige vensters met houten rolluikkasten en een rechthoekige poort en deur, laatstgenoemde met gezandstraald bovenlicht (afbeelding van de molen en het huis). Onder de hanggoot bevindt zich een geprofileerde, bepleisterde kroonlijst.
Auteurs: Demey, Anthony; Vandeweghe, Evert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Demey A. & Vandeweghe E. 2020: De Witte Molen met molenaarswoning [online], https://id.erfgoed.net/teksten/359441 (geraadpleegd op ).
Op een verhevenheid staande achtkantige bakstenen grondzeiler met leien dakbedekking uit de 17de eeuw; eenvoudige rechthoekige muuropeningen. Gekasseid voetpad rondom rond. Ten zuiden ervan, molenaarshuis van één bouwlaag en negen traveeën onder afgewolfd zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen) met een dakvenster, uit begin 19de eeuw. Verankerde baksteenbouw met vlak omlijste en getraliede rechthoekige vensters met houten rolluikkasten. Rechthoekige poort en deur; laatstgenoemde met gezandstraald bovenlicht (afbeelding van de molen en het huis). Geprofileerde, bepleisterde kroonlijst onder de hanggoot.
Bron: DEMEY A. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Sint-Niklaas, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 7n2 (S-T), Brussel - Gent.
Auteurs: Demey, Anthony
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Demey A. 1981: De Witte Molen met molenaarswoning [online], https://id.erfgoed.net/teksten/14980 (geraadpleegd op ).