Zogenaamd "Sint-Lodewijkshospitaal"of "stadskliniek", circa 1867 opgericht door het bestuur der burgerlijke godshuizen als modelinrichting van de tijd en bediend door de Liefdezusters van de Verrezen Zaligmaker uit de Hospitaalstraat. Op 25 augustus 1870 werd er een affiliatie met eigen overste opgericht. Thans bestuurd door het O.C.M.W. De oudste gebouwengroep beschrijft een H-vormige plattegrond met bijkomende vleugel haaks tegen het midden van de achtergevel; begraasde en deels gekasseide voortuin. Moderne ziekenhuisgebouwen links en rechts. Na de inventarisatie (november 1977) werden belangrijke partijen gesloopt voor nieuwbouw. Decoratieve baksteenarchitectuur (rode en gele baksteen) van twee bouwlagen gebouwd in 1863-1866 naar ontwerp van architect Edmond Serrure. Hoofdvleugel van vijftien traveeën, parallel met de straat, met middenrisaliet van drie traveeën (kapel) met op de nok een achtzijdige houten dakruiter. Lage arduinen plint. Travee gemarkeerd door lisenen, bovenaan met elkaar verbonden door een korfboogfries. Begane grond met getoogde ramen, bovenverdieping met rondboogramen onder waterlijst. Middentravee van de kapel met hardstenen deuren vensteromlijstingen (borstwering met neogotische vierlobben) en pseudofronton. Gevelbekroning met getande kroonlijst. Volkomen identieke haakse vleugels van drie traveeën onder afgesnuit zadeldak (nok loodrecht op de straat, Vlaamse pannen) met pseudo-fronton boven elke centrale travee. Arduinen gedenkplaten op de borstweringen: links "Gedachtenis der familie Nyssen, 1867", rechts , "Gedachtenis der familie Merckx, 1868".
Interieur van de kapel: centrale aanleg in neoclassicistische stijl; twee bouwlagen met koepelgewelf op consoles. Omloopgalerijen, zowel op de begane grond als op de bovenverdieping. De zieken op beide verdiepingen kunnen aldus zonder grote verplaatsingsmoeilijkheden de Heilige Mis bijwonen. Rondboogarcaden met superpositie van de klassieke orden: Dorisch, Ionisch, Corintisch. Balusterborstweringen op de bovenverdieping. Beeldnissen in de afgeschuinde hoeken.
- BRUYNINCX G., Vincentius achterna; het avontuur der Liefdezusters van de Verrezen Zaligmaker, Sint-Niklaas 1810-1960, geschiedkundige schets, Sint-Niklaas, 1960, p. 57-58.
- DE POTTER F.-BROECKAERT J., Geschiedenis der stad St.-Nicolaas, Gent, 1881, deel II, p. 136.