Dubbelhuis van vijf traveeën en aanvankelijk (1798) slechts één bouwlaag. Tweede bouwlaag toegevoegd in de tweede helft van de 19de eeuw; afdekking door middel van zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen) met centrale dakkapel met driehoekig, open fronton. Bepleisterde en geschilderde lijstgevel. Licht vooruitspringende hoekdammen. Arduinen plint. Rechthoekige vensters, op de begane grond met luiken en lekdrempels, op de bovenverdieping gevat in een geriemde omlijsting (centrale travee met oren versierde sluitsteen) en met tot cordon doorgetrokken onderdorpels van arduin. Rechthoekige deur in arduinen omlijsting met geprofileerd beloop, gestrekte tussendorpel (ANNO 1798) en waterlijst; bovenlicht met sierlijke ijzeren roedeverdeling (gekruiste pijlen). Gevel beëindigd op gelede architraaf, fries met casementen en gekorniste kroonlijst op tanden en consoles.