is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kasteeldomein Expoel
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Kasteeldomein Expoel
Deze bescherming is geldig sinds
Kasteel (nummer 2) uit het eerste kwart van de 18de eeuw, opgetrokken uit bak- en zandsteen en gelegen in het zuiden van een omhaagd Engels park met grotendeels bewaarde omgrachting (westelijk deel opgevuld circa 1877); voormalige paardenstal en oranjerie (nummer 4) ten zuidwesten; hovenierswoning (nummer 6) ten zuidwesten van laatstgenoemde.
Ondanks de ligging in het Brabantse gedeelte van Hombeek (zie gemeente-inleiding), hing het goed van Expoel niet af van de hertogen van Brabant; als zelfstandig leengoed van de heren van Grimbergen vormde het een enclave binnen Op-Hombeek. Deze enclave zou in de 15de eeuw bestaan hebben uit twee lenen, Expoel en Nailienbosch. Beide aan elkaar grenzende lenen behoorden oorspronkelijk mogelijk aan één heer en zouden pas later verbrokkeld zijn. Daartegenover staat echter dat ze beide ook vermeld worden als vol leen, zodat het ook kan gaan om twee onderscheiden, doch aan elkaar grenzende lenen.
Benaming Hof van Expoel vermoedelijk ontleend aan de echtgenoot van de eerst gekende eigenares van het leen, namelijk Catharina Raduwaerts die deel uitmaakte van een belangrijke feodale familie en die voor 1272 huwde met Jan de Axpole. Gelegen in een beboste streek, gaf het leengoed zijn naam aan de plaats, een centrum van een kleine groep hoeven, zoals blijkt uit een plaatsbeschrijving van 1461. In de loop van de 15de eeuw eigendom van de familie de Leeuw; omstreeks 1510-1515 verkocht en van dan af wisselende eigenaars tot het goed omstreeks 1700 eigendom werd van Balthazar IV Moretus, die van Expoel een zomerverblijf maakte. Het kasteel werd verbouwd kort voor 1717 en de huidige Rechtestraat (zie aldaar) werd aangelegd als kasteeldreef. Bij akte van 16.12.1736 verkocht aan de familie de Meester, die eigenaar bleef tot op heden. Het goed werd toen omschreven als: "zeker Hof van Plaisantie rontsomme in sijne waeteringhen, met de huysingen, stallinghen, schuere ende remisen van coetsen daerop staende, mitsgaeders landen, bosschen, vijvers, dreven en plantagien...".
In 1742 door kanunnik Pieter Jan de Meester (1695-1757) uitgebreid met een huiskapel aan de oostzijde, later (vermoedelijk circa 1912) door Romaine de Meester vervangen door een grotere kapel, gericht naar het noorden.
Athanase de Meester (1829-1884) liet circa 1876 de oude bijgebouwen van het kasteel afbreken en vervangen door nieuwe aan de westzijde. Zijn opvolger Romaine de Meester (1861-1926) liet eveneens belangrijke werken uitvoeren aan het kasteel: circa 1905 werd aan de zuidkant het smalle perron vervangen door een grote dubbele trap en aan de noordkant werd een nieuw terras opgericht met glas. Vermoedelijk circa 1912 liet hij de oude huiskapel vervangen door een grotere gericht naar het noorden. In 1946-1947 algemene restauratie (met onder meer het decaperen van de gevels) door baron Bernard de Meester de Ravestein, eigenaar sedert 1937. Door de aanleg van de spoorlijn Mechelen-Dendermonde werd in 1837 een deel van het park afgesneden; het werd heraangelegd naar de toen heersende Engelse mode.
Inkompoort: ijzeren hek tussen arduinen pijlers, deels geblokt, deels gecanneleerd.
Kasteel van bak- en zandsteen, op rechthoekige plattegrond, als resultaat van een verbouwing in het eerste kwart van de 18de eeuw, met gedeeltelijk behoud van de vroegere constructie (zie bouwnaden in achtergevel); het complex werd toen in de breedte verdubbeld aan de zuidzijde en voorzien van een nieuwe voorgevel; de noordelijke gevel werd verbouwd naar model van de zuidgevel: de vensters werden verplaatst, de zandstenen plint bleef bewaard. De vijfzijdige uitbouw aan westzijde en het lagere aanbouwsel aan oostzijde (kapel?), beide onder plat dak, zijn van latere datum, vermoedelijk respectievelijk van 1876 en 1912.
Eenvoudige bakstenen constructie, volledig onderkelderd, met verwerking van zandsteen voor de hoekblokken. Lijstgevel van zeven traveeën en twee bouwlagen onder leien schilddak met dakkapellen onder driehoekig fronton. Zuidgevel gemarkeerd door centrale ingangstravee met afgeronde, dubbele trap van arduin en Gobertange, van circa 1905; rondboogdeur in bepleisterde entablementomlijsting met wapenschilden als bekroning. Voorts eenvoudige rechthoekige vensters. Omlopende houten kroonlijst op klossen. Achtergevel met gelijkaardig uitzicht.
Deels aangepaste bakstenen bijgebouwen van één tot twee bouwlagen onder zadeldaken met Vlaamse pannen, overwegend van circa 1876. Verwerking van gesinterde baksteen en gevarieerde muuropeningen.
Bron: KENNES H., PLOMTEUX G. & STEYAERT R. 1995: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Mechelen, Kanton Mechelen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 13n2, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Het kasteel is vanuit het zuiden bereikbaar via de Rechtestraat, een dubbele dreef van opgaande platanen (Platanus) die ter hoogte van het kasteel overgaat in een dubbele rij (rechts) en een vierdubbele rij (links) eiken (Quercus). Het in landschappelijke stijl aangelegde park bestaat ter hoogte van het in het zuiden gelegen kasteel uit grasperken met groepen opgaande bomen, het noordelijk parkdeel omvat een klein parkbos. De rechthoekige omgrachting is deels bewaard: het zuidoostelijk deel werd in de 19de eeuw ‘verlandschappelijkt’ en heeft door zijn onregelmatige vorm het uitzicht van een vijver. In het noordoosten van het park ligt een ovaalvormige vijver.
Is deel van
Hombeek
Is gerelateerd aan
Rechtestraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteeldomein Expoel [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/1595 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.