Zogenaamd "Colaertshille". Groots 19de-eeuws hoevecomplex waarvan de naam verwijst naar een voormalige hoeve (gehucht?) alwaar in 1578 de eerste gewapende bijeenkomst van de protestanten in Veurne-Ambacht plaats vond. Heden, grotendeels omwalde hoeve (zie rest van wal ten zuidwesten en noordwesten) met losse opstelling van de gebouwen rondom een deels begraasd, deels verhard erf met vaalt; ingeplant midden weiden. Boerenhuis met achterliggende moestuin, op terp. Lange, verharde oprit ten noorden gemarkeerd door middel van vierkante hekpijlers van gele baksteen.
Ten oosten van erf, boerenhuis van zeven traveeën + twee traveeën rechts opkamer en één bouwlaag onder zadeldak (mechanische pannen), uit de 19de eeuw naar analogie met gedateerde dwarsschuur. Verankerde, witgekalkte baksteenbouw. Aflijnende geprofileerde kroonlijst van gele baksteen. Uitzonderlijk naar het noorden georiënteerde erfgevel. Getoogde en getraliede keldergaten. Licht getoogde muuropeningen met 20ste-eeuws houtwerk: smalle deuren, verbrede, beluikte vensters. Grondig aangepaste achtergevel met nog interessant rechts opkamervenster, in vorm van beluikt, houten kruiskozijn met kleine roedeverdeling. Licht getoogd keldergat met getralied kozijn onder laatst genoemde.
Ten westen van boerenhuis, groot stalgebouw met schuur- en wagenhuisgedeelte, van twaalf traveeën onder gebogen zadeldak (nok loodrecht op het huis, mechanische pannen) met overstekende rand, gedateerd 1905 door middel van gevelsteen in oostgevel. Verankerde baksteenbouw. Getoogde muuropeningen. Wapenschild (gerecupereerd ?) in oostgevel.
Ten noorden van woonhuis, dwarsschuur van negen traveeën onder zadeldak (nok parallel aan het huis, Vlaamse pannen) met kort overstekende rand, uit 1848, jaartal aangegeven door middel van rode baksteenkoppen in oostelijke zijgevel.
Verankerd gebouw van gele baksteen. Aflijnende, geprofileerde, bakstenen kroonlijst (zie boerenhuis). Lange gevels met onder meer korfbogige schuurpoorten, licht getoogde staldeuren en -laadzolder, en asemgaten. Stervormige uilengaten in zijgevels. Klein schuurtje met onder meer resten van een horizontale plankenbeschieting, ten zuiden van erf.
Ten zuidwesten van boerenhuis, aangepaste rosmolen, vermoedelijk daterend van 1875. Sinds eerste wereldoorlog geleidelijk versteend. Later gebruikt als paardenmanege. Nog bewaard zijn onder meer drie ankerbalken, het bovengedeelte van de overeenstemmende stijlen (op zuidkant), de stijlplaat met gaten van de houten nagels, een horizontale tussenbalk (in noordwesthoek) met opening voor klauwijzer, en een molensteen.
Overige hoevegebouwen zonder noemenswaardigheid.
- DEVLIEGHER L., Rosmolens in de Westvlaamse kuststreek, in Biekorf, LXXVI, 1975-1976, p. 290-292.