In 1397 reeds vermeld als "Oude Hof te Steynemolen", vermoedelijk naar de nabijheid van een watermolen of een Mechelse familie uit de 14de eeuw. Het oorspronkelijke domein Steynemolen lag eertijds echter ten oosten van de huidige hoeve, aan de overzijde van de weg en wordt op een kaart van 1723 (Caertboeck Van Acoleyen, blad 8/33) aangegeven als een "pachthof en speelhuys met vijver en wallen". De resten van dit buitengoed, op een kaart van 1785 vermeld als "Speelgoed van den heere Spangen genaemt Steyne Molen", werden afgebroken in 1820.
De huidige, gelijknamige hoeve met rondom een erf geschikte losstaande bestanddelen (oorspronkelijk U-vormig), dateert van 1781 en is gelegen nabij de spoorlijn Mechelen-Dendermonde: centraal gekasseid erf met bloemenperk ter plaatse van de vroegere mestvaalt; woonhuis ten noordwesten, schuur ten zuidwesten en stalling ten noordoosten. Eertijds als rootput gebruikte poel ten zuidoosten.
Woonhuis van het dubbelhuistype van vijf traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (kunstleien), door middel van jaarankers 1781 gedateerd. In het eerste kwart van de 20ste eeuw gecementeerde erfgevel, gemarkeerd door centraal risaliet van drie traveeën onder driehoekig fronton met oculus. Beluikte rechthoekige vensters met bewaarde dagkanten en latere arduinen lekdrempels onder bekronende cementdecoratie. Blinde mezzaninovensters. Rechthoekige deur onder gelijkaardige bekroning in heden vrijgemaakte omlijsting van witte zandsteen. Grotendeels gewijzigde achtergevel met twee kleine rechthoekige vensters in zandstenen omlijsting en voorzien van tralies.
Verankerde bakstenen bijgebouwen: tweebeukige langsschuur van vijf traveeën onder zadeldak (golfplaten) met gevarieerde, deels aangepaste muuropeningen. Stalling, in kern eveneens opklimmend tot 1781, doch herhaaldelijk aangepast; zes traveeên onder zadeldak (Vlaamse pannen) met klimmende dakvensters; grotendeels gewijzigde muuropeningen. Lagere aanbouwsels van latere datum.
- Leest Geweest, onder leiding van HERREGODS G., s.l., 1978, p. 80-81.
- VERBESSELT J., Het parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13de eeuw. Deel XIV. Tussen Zenne en Dijle IV, Pittem, s.d., p. 343.