Het duin was tijdens het ancien régime uitsluitend domaniaal jachtgebied; het wordt na privatisering in de loop van de 19de eeuw geleidelijk ontgonnen door vissers-landbouwers afkomstig uit het Veurnse proletariaat die hun armtierige huisjes bouwen op plekken van het lage duingebied en in de pannen van de paraboolduinen en hun koeien weiden tot aan het strand. De streekeigen woonvorm van de pre-toeristische periode zijn beperkt in aantal en varianten.
In oorsprong gaan de achter de binnenduinen verscholen vissershuisjes terug op een soort van hutten van lokaal materiaal als leem en strandhout onder rieten bedaking. Gaandeweg worden ze verruimd en "versteend" wanneer baksteen en dakpannen voorhanden zijn. Het bouwvolume blijft echter beperkt tot één bouwlaag met gedrukte verhoudingen en kleine kozijnvensters en -deuren.
Begin 20ste eeuw wordt het binnenhuis verhoogd en de slaapzone naar de zolderverdieping gebracht.
De plattegrond groepeert doorgaans een keldertje, een keuken met nevenruimten, "binnenhuis", stal en schuurtje. Aanhorigheden als bakhuis en kleine dienstgebouwen en -hokken zijn ingeplant voor en achter het huis met aanpalende bloemen- en moestuin, aardappel- en /of roggeveld. Ten gevolge de teloorgang van de lokale visserij verdwijnen de vissershuisjes; na de Eerste Wereldoorlog worden ze nog slechts sporadisch gebouwd.
De nog bewaarde visserswoningen zijn heden meestal tot buiten- of vakantieverblijf omgeschapen en staan verloren in de recentere villawijken, alwaar ze veelal als model fungeren voor de zogenaamde "fermettestijl".
Beschrijving
Vrijstaande visserswoning gelegen in de wijk Maarten Oom, heden een villaverkaveling, in de omgeving van de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Duinenkerk; het ligt ten westen én in de schaduw van deze typische "kustkerk" met progressieve en imposante vormentaal uit de jaren 1950-1960 (nieuwe parochiekerk als antwoord op de bevolkingstoename tijdens het toeristisch seizoen). De noordgevel is evenwijdig aan de straat; de opengewerkte zuidgevel ziet uit op een bloemen- en siertuin met waterput.
Naar verluidt zou deze visserswoning in kern opklimmen tot de periode 1855-1865. Ze werd gebouwd door Carolus Ludovicus Nijs; de vader van striptekenaar Jef Nijs, geestelijke vader van Jommeke, werd hier geboren. In de jaren 1920 kwam de woning in handen van de Isidoor Vermoote, IJslandvaarder en later strandvisser met muilezel. De woning wordt momenteel bewoond door de weduwe Vermoote-Goderis, schoondochter van wijlen Isidoor. Lage, langgestrekte visserswoning van witgekalkte baksteen met gepikte plint; zadeldak (Vlaamse pannen), deels mank ten gevolge de laag uitgebouwde noordgevel. Indeling van links naar rechts: schuurtje met dorsvloer, stal oorspronkelijk voor de muilezel en de konijnen, woongedeelte van drie traveeën, en aanbouwsel (zogenaamd "pannenkot"; oorspronkelijk van hout, en later versteend?) onder lessenaarsdak tegen de oostelijke zijpuntgevel. Rechthoekige muuropeningen met houten lateien; deels bewaard houtwerk; vensterluiken; kozijndeur rechts. Meer gesloten noordgevel onder meer met getralied kozijnvenstertje, staldeur en schuurpoort (volgens bewoonster later ingebracht als garagepoort). Westelijke puntgevel voorzien van topstuk; sporen van dichtgemetseld zoldervenstertje.
Ten westen, privaat. Witgekalkt bakstenen gebouwtje onder lessenaarsdak, opgetrokken boven de aalput; oorspronkelijke deur. Het interieur is eenvoudig. De muur tussen het binnenhuis en de keuken is deels verwijderd en de houten zoldering deels bekleed. In de oorspronkelijke keuken is er een houten trap naar de zolder; achteraan heeft een deur toegang tot het slaapvertrek aan de noordzijde waar de oorspronkelijke voorraadplaats nu als badkamer fungeert.
Bron: Beschermingsdossier DA002158
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: S.N. 2001: Vissershuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/128876 (geraadpleegd op ).
Vissershuisje, gelegen in wijk Maartenoom, thans recente verkaveling rondom Onze-Lieve-Vrouw ter Duinenkerk, gelijkaardig huisje in dezelfde wijk, zie J. Van Buggenhoutlaan, nummer 50; Noordgevel evenwijdig aan straat; moestuin aan zuidkant. Verankerde, witgekalkte bakstenen constructie op gepikte plint; deels mank zadeldak (uitbouw van noordgevel, Vlaamse pannen); in kern opklimmend tot circa 1870 volgens bewoner; indeling (van links naar rechts): schuurtje (met dorsvloer), stal (muilezel), drie traveeën tellend woonhuis en aanbouwsel onder lessenaarsdak (recenter uitgebouwd) tegen oostzijgevel; rechthoekige muuropeningen; beluikte vensters; deels bewaard houtwerk; rechts kozijndeurtje. Noordgevel met onder meer kozijnvenstertje achter diefijzers, staldeur en rechts schuurpoort. Westzijgevel met topstuk; mogelijks verlaagd aandak (?); sporen van dichtgemetseld zoldervenstertje.
Ten westen, witgekalkt bakstenen gebouwtje op gepikte plint onder lessenaarsdak, opgetrokken boven aalput; oorspronkelijke deur.
Bron: DELEPIERE A.-M. & LION M. met medewerking van HUYS M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Veurne, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 8n, Brussel - Gent.
Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Lion, Mimi
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Delepiere A. & Lion M. 1982: Vissershuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/16479 (geraadpleegd op ).