Oorspronkelijk omwalde hoeve met losse bestanddelen van één bouwlaag onder zadeldaken rondom onverhard erf met vaalt achter de stal. Moestuin rechts van het boerenhuis; leiperelaar tegen rechter zijgevel. Ten zuidwesten, met wilgen afgezoomde rest van omwalling. Ten westen, lange onverharde erfoprit; afzomende wilgen bij benadering van het erf.
Ten noordoosten, boerenhuis met vier traveeën + twee rechter opkamertraveeën onder zadeldak (Vlaamse pannen), met oude 18de-eeuwse kern aangepast in de 19de en 20ste eeuw; inscriptie in kerfsneetechniek op balk binnenshuis: "J.A. BAELDEN 1859". Verankerde gele baksteenbouw; oudere bakstenen muurgedeelten onder meer bij opkamer. Rechthoekige muuropeningen, onder strekse latei bij twee linker traveeën. Houten bolkozijnen met schuiframen, geprofileerde wissel- en bovendorpel, en deels bewaarde kleine roedeverdeling (19de eeuw?); behouden luiken bij linker venster. Links aanbouwsel; analoog venster. Gewijzigde muuropeningen in twee middentraveeën (20ste eeuw).
Ten noorden, links van het boerenhuis, stal van twee traveeën onder gebogen zadeldak (nok loodrecht op het boerenhuis, Vlaamse pannen) met overstekende dakrand op houten modillons en hanggoot, uit de 18de eeuw (?). Stijl- en regelwerk met horizontale plankenbeschieting op bakstenen voeling. Twee staldeuren met houten hekje in bovenvak. Zijgevels; golfplatenbeschieting in de top.
Ten westen, dwarsschuur onder zadeldak (nok parallel aan het boerenhuis, Vlaamse pannen) met overstekende dakrand op houten schoorstukken, uit de 18de eeuw (?); 1846, oudste jaartal in kerfsneetechniek op houten afscheiding van tasruimte. Stijlen regelwerk met horizontale plankenbeschieting op bakstenen voeling. Rechthoekige schuurpoorten met deurtje, onder luifel.
Links, in het verlengde aanleunend wagenhuis met rechts paardenstal onder zadeldak (Vlaamse pannen) met overstekende dakrand op houten modillons, uit de 18de eeuw (?). Stijl- en regelwerk met horizontale plankenbeschieting op lage bakstenen voeling. Staldeur met houten hekje in het bovenvak.
Ten noordoosten, alleenstaand bakhuis.
- VIÉRIN J., Over de landelijke woning aan de Vlaamsche kust. Kenteekens der Bouwwijze van de Streek, Brussel, 1921, figuren 36, 37, 38.