Boerderij met woonhuis en twee schuren. Erf met bestrating in kasseisteen en omzoomd door meidoornhaag. Woonhuis aan de straatkant, met voorgevel (zuidkant) van vijf traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, kunstleien). Verankerde bakstenen constructie op arduinen plint, neoclassicistisch getint, circa 1850 te dateren. Lardering door middel van gecementeerde banden. Licht verhoogde begane grond. Rechthoekige vensters met arduinen lekdrempels en lateien, waarboven strek met arduinen aanzetstenen en diamantkopsluitsteen; sporen van duimen wijzend op vroegere luiken. Rechth. deur in een geprofileerde arduinen omlijsting op neuten, met een gestrekte tussendorpel en een geprofileerde waterlijst op diamantkop en consoles.
Fraaie tracering en gekleurde beglazing in het bovenlicht. Gevelbekroning door middel van bepleisterde architraaf en fries, en een kroonlijst op korte modillons. In de top van de zijgevel, twee rondboogvensters met een rollaag en duimen. De achtergevel (noordkant) is eenvoudiger dan de voorgevel: geen deuromlijsting of hoofdgestel. Wel een hogere onderbouw met beschilderde, gecementeerde plint voorzien van panelen en getraliede keldervensters. Vensters voorzien van rolluikkasten.
Ten ten westen een lagere, recente beschilderde aanbouw van twee traveeën onder zadeldak (mechanische pannen).
Ten zuidwesten kleine langsschuur onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, golfplaten) uit rode en blauwe baksteen opgetrokken, met muurvlechtingen (verbouwde puntgevel), gepikte plint, en poort en deur onder blauwe strek. Recente verbouwing met kern uit de 19de eeuw.
Ten westen grote schuur met schilddak (golfplaten, overblijfselen van oorspronkelijke rietbedekking), ouder dan voorgaande. Bakstenen muren met gepikte plint en geritmeerd door lisenen. De oostgevel bezit muurvlechtingen onder het dak.