Alleenstaand dubbelhuis met door ijzeren hek afgesloten beboomde voortuin; zeven traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel aan het plein, mechanische pannen) met vorstkam. Bakstenen lijstgevel op lage arduinen plint. Middenrisaliet uitlopend op een dakvenster met trapgevelbekroning (3 trappen + topstuk); licht geprofileerde arduinen deuromlijsting met een versierde en 1805 gedateerde tussendorpel. Rechthoekige vensters in arduinen omlijsting, voorts voorzien van lekdrempels op consoles en een gebogen ontlastingsboog met diamantkopsluitsteen. Het gevelvlak is geritmeerd door muurbanden van blauwe baksteen, versierde borstweringen, een arduinen architraafband en houten kroonlijst op consoles. Getrapte zijgevels in neotraditionele stijl. Links op een steen 1909 gedateerd en op de centrale penant voorzien van de initialen J.V.D.V. Gevel opengewerkt door al of niet blinde kloosterkozijnen. Achtergevel van vijf traveeên verraadt oudere, 17de-eeuwse (?) kern: de begane grond met oorspronkelijke eertijds beluikte, getraliede zandstenen kruiskozijnen met geprofileerde tussen- en bovendorpel en gekoppelde strekjes. Rechthoekige deur met getralied, tweedelig bovenlicht. Voorts zandstenen speklagen. Bovenverdieping met kruiskozijnen en steigergaten lijkt een toevoeging van 1909 (zie zijgevel). In de tuin nog behouden voormalige paardenstallen in neotraditionele stijl, met trapgevelbekroning (9 trappen + topstuk) en rondbogige muuropeningen.
Bron: DEMEY A. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Sint-Niklaas, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 7n1 (B-L), Brussel - Gent. Auteurs: Demey, Anthony Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)