Oorspronkelijk een enkelhuis van vier traveeën en twee bouwlagen uit de 18de eeuw, door aanpassingswerken in 1902 naar ontwerp van architect Van Hoecke-Peeters (Gent) uitgebreid tot dubbelhuis met bepleisterde en geschilderde lijstgevel van vijf traveeën en twee bouwlagen onder mansardedak (leien), voorzien van vier dakkapellen met gebogen kroonlijst. Begane grond op hoge arduinen plint; spiegelboogdeur in sterk geprofileerde omlijsting van arduin met neuten en accoladeboogvormige tussendorpel gemarkeerd door een sluitsteen in schelpvorm; eveneens een sluitsteen met loofmotief in de bovendorpel; drie arduinen trappen waarvan de onderste twee gebogen zijn. Oudste deel van het huis voorzien van steekboogvensters met versierde sluitsteen en onderdorpels doorlopend tot cordon. Eenvoudige arduinen puilijst. Gevelbekroning door middel van gelede architraaf, vlakke fries en- kroonlijst op klossen. Toegevoegde linker travee in neorococostijl met kwartholle hoekdammen voorzien van imitatiebanden en halfcirkelvormige omhooggestoken en gekorniste kroonlijst met als bekroning een wereldbol op sokkel. Brede steekboogvensters omlijst met rocailles, gebogen balkon met sierlijke smeedijzeren leuning. In geveltop ovale oculus omlijst met rankwerk. De zijgevel bevat twee dakkapellen met driehoekig fronton. Eveneens toegevoegde rondboogpoort links naast het huis: kwartholle bepleisterde omlijsting met imitatiebanden, arduinen neuten en schamppalen. Fries met rocailles en gebogen, gekorniste kroonlijst.