De eerste bidplaats maakte deel uit van het huis van een begoede ingezetene Lieven van Doorslaer en is samen met het huis in 1566 door brand vernield. Na de godsdiensttroebelen werd de kapel heropgebouwd. In 1842 kwam hier een proosdij tot stand, die zich in 1857 afscheurde tot afzonderlijke parochie. De huidige kerk is in 1841-42 opgetrokken; de toren en de eerste travee zijn pas in 1868 toegevoegd naar ontwerp van architect Edmond de Perre-Montigny (Gent). In 1870 bouwde men twee sacristieën aan.
Driebeukige transeptloze pseudobasiliek in eenvoudige neoclassicistische stijl. Baksteenbouw op arduinen plint. Georiënteerd met een duidelijke noordwaartse afwijking om te passen in het bestaande straattracé. Vierkante voorgeveltoren, vooruitspringend op de benedenkerk en afgeboord door zandstenen hoekkettingen; rechthoekig portaal in arduinen omlijsting met gebogen fronton. Analoog doksaalvenster, echter met driehoekig fronton. Rondbogige galmgaten met arduinen waterlijst. Achtkantige, ingesnoerde naaldspits als bekroning. Benedenkerk van zes traveeën met rondbogige beeldnissen in de voorgevel en eenvoudige rondboogramen in de zijgevels. Koor van één travee met halfronde apsis.
Interieur met rondzuilen met klassiek lijstkapiteel en achtzijdige sokkel; rondbogige scheibogen waarboven een gekorniste kroonlijst. Schip en koor afgedekt door rondbogig pleisteren tongewelf; zijbeuken met kruisgewelven van elkaar gescheiden door vlakke gordelbogen.
Mobilair: Schilderij "Heilige Nicolaas van Tolentijn" door J. De Loose (rechter zijaltaar), "Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart" door De Winne (linker zijaltaar, Gent, 1843). Doopvont (16de eeuw). Preekstoel rococo (18de eeuw, uit de kerk van Bassevelde). Lambrisering met neoclassicistische biechtstoelen.
- DE POTTER F. - BROECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen, reeks III, deel 2, Gent, 1878.