De pastorie van de Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaartparochie werd in het derde kwart van de 19de eeuw gebouwd in neoclassicistische stijl, ten westen van de kerk. Bij de pastorie hoort een tuin in landschappelijke stijl.

Historiek

Anno 1834 waren de huidige pastoriegronden eigendom van Van Driessche Jean Francois die er een landbouwuitbating had. Op 10 maart 1860 zal Van Driessche Colette de vier percelen verkopen aan de kerkfabriek. Tussen 1860 en 1868 wordt vervolgens de huidige pastorie opgetrokken: hoofdvleugel en twee bijbouwen. Vermoedelijk in 1980 wordt de gevel hersteld en een erker aangebouwd. Stelselmatig worden de verschillende percelen samengevoegd tot één perceel.

Beschrijving

Pastorie

Deze typische bakstenen neoclassicistische pastorie telt vijf traveeën en twee bouwlagen onder een met pannen gedekt zadeldak. De voorgevel werd vlak bepleisterd terwijl de zijgevels beraapt zijn en de achtergevel momenteel bloot is. De oorspronkelijke omlijsting van de voordeur, de enige decoratie van de voorgevel, bleef behouden. Links en rechts van het hoofdvolume bevinden zich bakstenen bijgebouwen van vier traveeën en één bouwlaag onder een met pannen belegd zadeldak. Het linker bijgebouw deed vermoedelijk dienst als bediendewoning gezien de aanwezigheid van een haard. In de bijgebouwen bleef het 19de-eeuwse schrijnwerk gedeeltelijk bewaard.

De pand werd beperkt verbouwd door de plaatsing van een erker en het versmallen van de voordeur (met behoud van de oorspronkelijke omlijsting) en het vergroten van de ramen langs de achterzijde.

Interieur

Het interieur behield zijn oorspronkelijke indeling. De benedenverdieping werd gedecoreerd met rijke stucwerkplafonds en marmeren Napoleon-III-schouwmantels. Het stucwerk is uitzonderlijk goed bewaard. Het oorspronkelijk binnenschrijnwerk is intact aanwezig. In de eetkamer bleef een tapijttegelvloer bewaard. De voor het neoclassicisme zo typische symmetrie is duidelijk merkbaar in de gang. Elke gangwand heeft centraal een hoge dubbele deur, met links en rechts ervan twee enkele, lagere deuren. De hoge deur in de rechter gangwand geeft toegang tot het salon terwijl deze in de linker gangwand opgesplitst is in twee delen en zowel toegang verleent tot de trap als tot een gang. De symmetrie wordt voortgezet op de bovenverdieping. Typisch is de sobere afwerking van deze verdieping.

Tuin

De tuin werd aangelegd in landschappelijke stijl. Rondom een grasveld met betonnen vijver werd een scherm van struiken aangebracht.

Herenhuis met voortuin, geflankeerd door dienstgebouwen, haaks op de straat. Dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen), uit de 19de eeuw. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel op vernieuwde (?) bakstenen plint. Eenvoudige rechthoekige vensters met lekdrempels. Rechthoekige deur in geprofileerde arduinen omlijsting met driehoekig fronton. Toegevoegde linker erker. Aan weerszijden van de voortuin, een bakstenen dienstgebouw van vier traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (Vlaamse pannen).