Ensemble van drie burgerhuizen in een sobere, functionele baksteenarchitectuur in navolging van de Amsterdamse School, naar ontwerp van architect Geo Henderick (signatuur "G. Henderick / Archit-Gand" op de pui van nummer 18). De woningen kwamen tot stand volgens bouwaanvragen van 1927 (nummer 18) en 1928 (nummer 20, 22-26) in opdracht van Alexander Van Heuverswijn, waarbij het huidig voorkomen van nummer 20 verschilt ten opzichte van het ontwerp. Henderick ontwierp voor deze bouwheer eveneens de aangrenzende woningen in de Aaigemstraat en Patijntjestraat, namelijk het hoekcomplex Patijntjestraat 2-8 en Aaigemstraat 28-34, en de gekoppelde burgerhuizen Patijntjestraat 10-12 en 14-16.
Het geheel omvat drie, deels onderkelderde enkelhuizen van twee traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak (nok evenwijdig met de straat, pannen). De middenpartij (nummer 20) wordt geaccentueerd door een puntgevel onder een haaks zadeldak, die bekroond wordt door een geometrisch vormgegeven sierstuk, en aan weerszijden afgelijnd wordt door een uitkragende deksteen steunend op een bolvormig ornament. De flankerende enkelhuizen zijn lijstgevels onder een uitkragende houten kroonlijst. Baksteenparementen in verschillende tinten bruin en roodbruin, boven een gecementeerde pui en arduinen plint. De puntgevel is verlevendigd met decoratieve metselverbanden. De middenpartij wordt dynamisch geaccentueerd door een driezijdige bakstenen erker op de eerste verdieping, overgaand in twee overhoekse erkertjes op de bovenste verdieping. Twee kleine vierkante vensters doorbreken de geveltop. De vensterverdiepingen van de zijpartijen zijn gevat in een verdiepte doorlopende nis, gevat tussen verticaliserende bakstenen lisenen, en waarbij de brede venstertraveeën zijn uitgewerkt als een doorlopende licht uitspringende, driezijdige erker. De borstwering op de bovenste verdieping is telkens verlevendigd met een verdiept paneel in art deco. Rechthoekige vensters met gecementeerde lekdorpels op een geometrische console, die eveneens als losstaand decoratief element wordt benut op de benedenverdieping. Enkel de benedenverdieping van nummer 22-26 bewaart het originele houten schrijnwerk, waarbij het bovenlicht van het raam een horizontale roedeverdeling heeft met een centraal glazen paneel in blauw melkglas. Ook de houten toegangsdeur, voorzien van een geometrische belijning en een centraal glazen paneel, heeft een bovenlicht met centraal gekleurd glas. Het schrijnwerk van nummer 20 werd vernieuwd naar oorspronkelijk model. Links van de toegang van zowel nummer 20 als 22-26 bevindt zich een voetschraper en een aansluiting op het waternet.
De verbouwde pui met garage en de vervanging van het schrijnwerk van nummer 18, verstoren de gaafheid van het geheel.
De drie woningen omvatten, volgens het bouwplan, een salon aan de straatzijde, geflankeerd door de vestibule, die bij nummer 18 leidt tot een smalle enkele trappenpartij en bij de nummer 20 en 22-26 tot een breed trappenhuis (telkens evenwijdig met de straat). De vestibule geeft toegang tot de ‘living room’ aan de achterzijde, met vervolgens een keuken, wasplaats en toilet in een smallere achterbouw. Nummer 22-26 beschikte enkel over een wasplaats in de achterbouw. Op de bovenverdieping bevinden zich twee slaapkamers, gescheiden door het trappenhuis, en bij nummer 20 en 22-26 een badkamer in een achterbouw.
Auteurs: Verhelst, Julie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Verhelst J. 2014: Drie burgerhuizen ontworpen door Geo Henderick [online], https://id.erfgoed.net/teksten/155958 (geraadpleegd op ).
Ensemble van drie woningen in baksteenstijl aansluitend bij de Amsterdamse School, gesigneerd: "Geo Henderick, architecte Gand", en daterend van 1928. Verschillend getint bakstenen parement boven een gecementeerde onderbouw. Gemarkeerde middenpartij met puntgevel onder haaks zadeldak. Bovenverdieping geaccentueerd door trapezoïdale erker, op de derde verdieping overgaand in twee overhoekse erkertjes; vierkante vensters in de geveltop. Zijpartijen met verticaliserende bakstenen lisenen en licht uitspringende venstertravee. In de uiterste travee; art-decopaneeltjes in de borstwering. Ramen met horizontale verdelingen in de bovenlichten.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, 19de- en 20ste-eeuwe stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nc, Brussel - Gent.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Bogaert C. & Lanclus K. & Verbeeck M. 1983: Drie burgerhuizen ontworpen door Geo Henderick [online], https://id.erfgoed.net/teksten/18151 (geraadpleegd op ).