Vier in hun geheel opgetrokken burgerhuizen van het enkelhuistype met repeterend schema, van drie traveeën en drie bouwlagen, onder zadeldak (pannen), van circa 1900. Nummer 59 en 61-65 voorzien van doorlopende mansardeverdieping. Bepleisterde en witgeschilderde lijstgevel op arduinen plint. Omlijste en getoogde bovenvensters op doorlopende arduinen cordons, met lekdrempelversiering en spiegels op de borstwering. Rondboogvormige benedenvensters en deuren met booglijsten op verbonden imposten. Nummer 53-55 met poort en witgeschilderde houten winkelpui. Nummer 61-65 met rechthoekige bovenvensters en een witgeschilderde rechthoekige houten erker op arduinen consoles. Aflijnend versierd hoofdgestel met kroonlijst op modillons, voor de helft met plastieken bekleding.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, 19de- en 20ste-eeuwe stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nc, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)