Dubbelhuis op L-vormige plattegrond, van twee bouwlagen, onder schilddak (nok evenwijdig aan de straat, leien) en links haaks zadeldak (nok loodrecht op de straat, Vlaamse pannen), volgens archiefstukken (Klein Begijnhof) opbouw begonnen in 1661 doch voorste vleugel daterend van 1738.
Bakstenen voorgevel van zeven traveeën, met de allure van een herenhuis, opgetrokken in Lodewijk XIV-stijl en gedateerd door middel van zandstenen cijfers op de fries. Hoge natuurstenen plint. Lijstgevel begrensd door hoekpilasters met vernieuwde zandstenen hoekstenen. Middenpartij van drie traveeën gemarkeerd door twee kolossale pilasters die een driehoekig fronton schragen met zandstenen veld geopend door een omlijste oculus. Horizontaal gemarkeerde registers van rechthoekige vensters met zandstenen dorpels en kruiskozijnen, bakstenen kwartholle dagkanten met behouden duimen, afgelijnd door een doorlopende gelede architraaf. Getraliede benedenvensters. Rondboogdeur ingeschreven in een rechthoekige zandstenen omlijsting, met breed hol beloop op neuten en imposten tussen verdiepte pilasters; op de hoeken gekorniste kroonlijst gedragen door rolwerkconsoles versierd met acanthusbladen; gebogen fronton met gestrekte uiteinden. Links, uitgespaard in de hoekpilaster en ter hoogte van de tweede verdieping, bevindt zich een rondboogvormige hoeknis met schelpvormige afdekking, waaronder een beeld van Onze-Lieve-Vrouw als Moeder der Smarten met het hart doorboord door een zwaard. De lantaarn rechts van het beeld is bekroond met een hart waarin zeven zwaarden die de zeven smarten van Maria symboliseren.
Linker zijgevel van vier traveeën begrensd door zelfde hoekpilasters en met zelfde vensterregisters.
Achtergevel van vleugel van 1738: verankerde bakstenen lijstgevel van drie traveeën verlicht door rechthoekige vensters met bepleisterde platte bandomlijsting, kwartholle dagkanten met duimen; getraliede benedenvensters met zandstenen kruiskozijnen.
Verankerde bakstenen trapgevel (9 treden + topstuk) van twee traveeën en twee bouwlagen uitziend op de Nederschelde. Rechthoekige vensters en haast vierkante zoldervensters met zandstenen dorpels en negblokken en strekse ontlastingsbogen, zandstenen hoekstenen.
Rechts éénlaagse zijaanbouw, het knechtenhuis. Stallen en hondenhok uit eind 19de eeuw opgetrokken tegen de resten van 13de-eeuwse stadsmuur.
Mobilair: In de ontvangstkamer, stedenkamer en woonkamer, omvangrijke en waardevolle collectie schilderijen, meubels en andere kleine bakstenen lijstgevel. Blinde en imitatiekunstschatten. Barokke eiken bordestrap.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)