Imposant breedhuis van zes traveeën en drie bouwlagen, met zadeldak (pannen), volgens archiefstukken van circa 1825, voornamelijk opvallend door zijn buitensporige afmetingen en beschilderde empiregevel, aanvankelijk met dubbelhuisopstand, volgens archiefstukken is de poort in 1865 verplaatst naar de eerste travee vandaar heden met enkelhuisopstand. Beschilderde natuurstenen plint met gedichte keldergaten. Benedenverdieping met imitatiebanden en hoge rechthoekige vensters. Bel-etage met rondboogvensters voorzien van booglijsten op imposten en lage ijzeren leuningen; voorts afgelijnd door een brede stucfries met meander. Lagere bovenste verdieping met rechthoekige vensters. Rondboogvormige inrijpoort met bovenlicht voorzien van een waaier. Hoofdgestel met gelede architraaf, onversierd fries en kroonlijst op klossen.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)