Hoekhuis van twee bouwlagen, onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, Vlaamse pannen), uit de 16de eeuw. Witgeschilderde bakstenen voorgevel bestaande uit een drie traveeën brede trapgevel (7 treden + topstuk) en rechts toegevoegde en recht afgedekte travee, voorheen dienst doende als brandgang. Verwaarloosde gevel met muurankers en verweerde waterlijsten. Rechthoekige, gekoppelde vensters met uitgenomen kruisen, kwartholle dagkanten en gebogen rollaag als ontlastingsboog. Zoldervensters in geveltop met deels behouden kruiskozijn, geflankeerd door twee ondiepe rechthoekige nissen die de plaats van verdwenen gevelstenen aangeven. Rechthoekige deuren in de eerste linker en in de toegevoegde rechter travee. Linker hoek met smalle afschuining en voormalige grenspaal met Oostenrijks wapenschild, als schamppaal.

Zijgevel in de Braderijstraat: verankerde en bepleisterde lijstgevel van vijf traveeën met rechthoekige vensters voorzien van houten bovendorpels. Eerste linker travee met klein getralied keldervenster en voorheen met voutekamer; twee rechthoekige deuren, een met houten tussendorpel, bovenlicht en steektrap en een verkleinde deuropening met gedicht bovenlicht.