De pastorie van de Sint-Annaparochie werd in 1860-1862 opgetrokken in eclectische stijl naar ontwerp van van architect Jacques Van Hoecke.
De aanvraag voor het bekomen van een bouwtoelating, vergezeld van een voorgevelontwerp (opstand van de uitgevoerde gevel), werd ingediend bij het Gentse stadsbestuur in 1860. Het betreft een ontwerp van architect Jacques Van Hoecke (1802-1863) die in 1854 stadsarchitect Louis Roelandt had opgevolgd voor de realisatie van de Sint-Annakerk. Volgens archiefgegevens van het kadaster werd de pastorie door de stad Gent gebouwd in 1862. De pastorie werd dus gebouwd binnen de periode 1860-1862. Een hardstenen gevelsteen in de tuingevel van de pastorie draagt het opschrift: "Vr Hulin pastor/ 1863".
Het bouwvolume van de pastorie omvat enerzijds een hoofdvolume van drie venstertraveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak met nok parallel aan de straat. Links paalt een woonhuisdeel van slechts één bouwlaag onder lessenaarsdaken en deels met plat dak; dit gedeelte omvat de oorspronkelijke, overwelfde gang die van de voordeur tot de tuindeur leidt. Links daarvan palen achtereenvolgens een berging, een moderne keuken en een zitkamer. Beide laatste kamers zijn later toegevoegd en gemoderniseerd. Aan de straat is deze aanbouw voorafgegaan door een schermgevel; daarnaast sluit de tuinmuur aan met poort die via een binnenkoer toegang verleent tot de garage. Vanaf de Nieuwebosstraat en meer nog vanuit de pastorietuin zelf, is het koor zichtbaar van de Sint-Annakerk, dat aan de achterzijde van de pastorietuin paalt. De visuele band tussen de pastorie en achterstaande kerk wordt nog versterkt door de stijlverwantschap die tussen beide gebouwen kan bemerkt worden, namelijk het eclecticisme.
De voorgevel van de pastorie werd conform aan de tekening bij de bouwaanvraag van 1860 uitgevoerd. De lijstgevel is van donkere baksteen op geprofileerde hardstenen plint. De deurtravee sluit aan bij de pui. De vensterregisters zijn horizontaal gemarkeerd door tot hardstenen cordons doorgetrokken lekdorpels, de gewitte horizontale platte banden, pui- en architraaflijst. De hoge vensters en voordeur zijn spiegelboogvormig en zijn gevat in markerende grijsgeschilderde geprofileerde omlijstingen. De vensterramen zijn van verzorgd houtwerk voorzien met middenstijl bovenaan eindigend op een gesculpteerde console, voor de benedenvensters in de vorm van een gevleugeld engelenhoofdje, voor de bovenvensters in de vorm van een staande engel met schildje. De geschilderde houten kroonlijst die de gevel aflijnt rust op gekoppelde geschilderde consoles en is ter hoogte van de middelste venstertravee onderbroken voor een rondboogvormig dakvenster, afgewerkt door een gebogen kroonlijst op rechte aanzetten. Voorts valt het dakvenster op door de geschilderde, op voluten eindigende vleugelstukken en gedetailleerde lekdemprelversiering. Het zoldervenster zelf is een rondboogvormig tweelicht in geschilderde natuurstenen omlijsting en met dito tracering. Het houtwerk van de voordeur is uitgewerkt met briefpanelen, een siermotief uit de neogotiek.
De zijpuntgevel is enkel in het midden verlicht door twee hoge rondboogvensters boven elkaar, respectievelijk van het trappenhuis en de zolderverdieping. Het eerste venster is van fijn geometrisch traceerwerk voorzien.
De achtergevel is minder gedecoreerd en eenvoudiger van uitvoering dan de voorgevel. De bakstenen gevel is enkel geleed door een pui- en architraaflijst. De vensters zijn getoogd van vorm met een fijn gebogen druiplijstje, gewitte vlakke sluitsteen en hoekstenen, hardstenen lekdrempel en houten rolluikkasten. De tuindeur is een deels beglaasde rondboogdeur met getraceerd bovenlicht, met name met vierpas in een cirkel en driepassen in halve cirkels. Een rechthoekige hardstenen herinneringssteen in de plint draagt volgend opschrift: "Vr Hulin pastor / 1863"
De gang die de voor- en achterdeur van de pastorie verbindt is overwelfd met zes gewitte kruisgewelven, waarvan vijf op vrijwel vierkante plattegrond en het derde, naast de traphal op langgerekte rechthoekige plattegrond. Opvallend aan de overwelving, naast de fijne profilering van bogen, ribben en slotstenen, zijn de consoles met gesculpteerde gevleugelde engelen. In de hoeken gaat het om kleine bustes met gekruiste vleugels, tegen de wanden zijn de engeltjes in torso weergegeven, een gepolychromeerd schild dragend met verschillende initialen (van Sint Anna, Jozef of Maria). De slotsteen van het langere gewelf is gepolychromeerd met de initialen VH, volgens mondelinge overlevering van de architect Van Hoecke. Het voorste deel van de gang (met twee gewelven) is afgesloten door een beglaasde dubbele deur. De brede houten tussendorpel van de deur draagt aan de voorzijde het geschilderd opschrift: "Geloofd zij Jezus-Christus! Amen" en aan de achterzijde: "H. Moeder Anna Bescherm Ons". Het rondboogvormig bovenlicht van de deur bewaart zijn oorspronkelijk glas met repetitief gegraveerd ruitvormig siermotief. De boog die de gang van de traphal scheidt rust op pilasters met een hoog versierd kapiteel.
Tegenover de traphal is in de zijwand van de gang een in eclectische stijl, decoratief uitgewerkte nis uitgespaard met beeld van Onze-Lieve-Vrouw met Kind. De samengestelde booglijst vertoont volgend geschilderd opschrift: "Mater Dei Sis Intranti Ianua Coeli" (De moeder van God weze voor de binnenkomende de deur van de hemel). De vloer van de gang is een zwarte natuurstenen tegelvloer met elementen van witte marmer; plinten van gevlamde bruine marmer. Via twee treden betreedt men de traphal waarvan de vloer rondom en in de hoeken met verschillend gekleurde marmersoorten uitgewerkt is. De benedenverdieping omvat twee achter elkaar gelegen fraaie salons met een gelijkaardige aankleding en gescheiden door een houten wand. Een tweede, kleine kamer aan de straatkant is op bescheidener wijze gedecoreerd namelijk met stucwerk tegen het plafond en een eenvoudige marmeren schouwmantel. De vensters bezitten eveneens vouwbare binnenluiken. Drie voornoemde benedenkamers bewaren onder de huidige vloerbedekking een plankenvloer. De decoratie van het sluitwerk van de deuren van deze kamers is zeer verfijnd.
De gewitte bepleisterde zoldering van de hal en het trappenhuis zijn eveneens met stucversiering verrijkt. De houten trap met fijne balusterleuning bewaart een achtkantige trappaal met geprofileerde basis en bekroning.
Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier DO002080, herenhuizen en pastorie (S.N., 1998).
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: S.N. 1998: Pastorie Sint-Annaparochie [online], https://id.erfgoed.net/teksten/181358 (geraadpleegd op ).
Vanouds pastorie van de Sint-Annaparochie, bouwaanvraag volgens archiefstukken van 1860 en naar ontwerp van architect J. Van Hoecke; volgens plintopschrift in achtergevel van 1863. Breedhuis van drie traveeën en twee bouwlagen met zadeldak (pannen).
Bakstenen lijstgevel met arduinen plint die doorloopt tot de links toegevoegde deurtravee in de voorts blinde tuinmuur. Spiegelboogvormige muuropeningen in geprofileerde en witgeschilderde omlijstingen met doorlopende onderdorpels. Verzorgd houtwerk voor ramen met roedeverdeling en middenstijl eindigend op gesculpteerde houten consoles, voor de benedenvensters in de vorm van een gevleugeld engelenhoofdje, voor de bovenvensters een staande engel met schild. Kroonlijst op gekoppelde consoles, onderbroken voor het centrale rondboogvormige dakvenster, afgedekt met een gebogen kroonlijst met rechte aanzetten op op voluten eindigende vleugelstukken en met lekdrempelversiering; rondboogvormig tweelicht.
Gang achter de deur overwelfd met kruisribgewelven aanzettend op gesculpteerde consoles met gevleugelde engelen met schildjes. Twee salons met zelfde fraaie geschilderde stucplafond en houten lambriseringen; voorste salon met merkwaardige geschilderde doeken in de lambriseringen alle met naturalistische taferelen met herten in bossen.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Bogaert C. & Lanclus K. & Verbeeck M. 1979: Pastorie Sint-Annaparochie [online], https://id.erfgoed.net/teksten/19548 (geraadpleegd op ).