Hoekhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder vooraan afgewolfd zadeldak (nok loodrecht op de straat, pannen), volgens archiefstukken van 1852. Bepleisterde en geschilderde lijstgevel met verbouwde begane grond. Omlijste, rechthoekige bovenvensters verbonden door cordons en op de tweede bouwlaag met ijzeren leuningen. Hoofdgestel met lage vensters op de fries en kroonlijst op uitgelengde houten consoles. Verankerde bakstenen rechter zijgevel met onregelmatige vensteropeningen.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)