Dubbelhuis van vier traveeën en drie bouwlagen onder tentdak (Vlaamse pannen). Gecementeerde lijstgevel waarvan de drie traveeën een stompe hoek vormen met de bredere eerste linkertravee. In kern opklimmend tot eerste helft 18de eeuw volgens archiefstukken verbouwd in 1787, doch cementering en huidige decoratie uit eerste kwart 20ste eeuw. Gekoppelde rechthoekige vensters van drie rechtertraveeën gescheiden door hardstenen penanten met kwartholle dagkanten; linkertravee met brede penanten uitgevoerd met imitatiebanden. Omlopende fijne puilijst, cordons en onversierd hoofdgestel. Met uitzondering van bovenste vensters, muuropeningen in geriemde omlijstingen met oren en dropmotief. Borstweringen met spiegels tussen diamantkoppen of gegroefde pilastertjes, verfraaid met opgehangen festoenen, ruiten of cirkels. Centraal bovenvenster bekroond met omlijst boogveld gevuld met stucdecoratie.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)