Herenhuis van vier traveeën en twee bouwlagen, met zadeldak, volgens archiefstukken van 1866. Bepleisterde en beschilderde neoclassicistische lijstgevel met enkelhuisopstand. Plint afgelijnd door geprofileerd kordon. Geaccentueerde deurtravee begrensd door pilasters met imitatiebossage; gelijkaardige rechter hoekpilaster. Omlijste rondboogvormige benedenvensters ingeschreven in rondboognissen met geprofileerde booglijst op imposten. Omlijste rechthoekige bovenvensters onder kroonlijst, en een driehoekig fronton op consoles in de poorttravee. Borstwering gevat tussen cordons en versierd met spiegels en verdiepte panelen met balusters. Rondboogpoort met booglijst op imposten. Vleugeldeur met bewaard houtwerk en bovenlicht met glas in lood. Versierde fries onder een kroonlijst met tandlijstversiering en klossen, ter hoogte van de poorttravee overgaand in een driehoekig fronton met omlijste oculus en voorts gemarkeerd door een blinde attiek begrensd door postamenten met een siervaas.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)