erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Bernardus

bouwkundig element
ID
200219
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/200219

Juridische gevolgen

Beschrijving

Noordoostelijk georiënteerde kerk, in een sobere neogotiek naar ontwerp van provinciaal architect Louis Spaak, opgetrokken in de jaren 1860 op een daarvoor onbebouwd terrein ten noorden van een grote gesloten hoeve.

Net als de kerk van Terlanen een zeer eenvoudige parochiekerk, met nog omringend kerkhof afgesloten met een bakstenen muur. De kerk maakt samen met de gesloten hoeve ten zuiden hiervan en de pastorie ten noordoosten, binnen dezelfde ommuring, deel uit van het beeldbepalend dorpsgezicht in de Kerkstraat. De Kerkstraat maakte eind 19de eeuw nog deel uit van de steenweg tussen Brussel en Waver, pas later werd de steenweg rechtgetrokken.

Historiek

Volgens Wauters stichtte Willem van Tombeke in 1241 de kapelanie van het Heilig Kruis en Sint-Elisabeth. Toch is er in de archieven volgens Verbesselt geen kapel gekend in Tombeek. Het is dus niet bekend of er in Tombeek ooit een oudere kapel heeft gestaan, afhankelijk van de moederparochie Overijse. Op de Ferrariskaart (1771-1778) is in het centrum van Tombeek geen kapel of kerk aangeduid.

De kerk werd samen met de nieuw opgerichte pastorie kadastraal geregistreerd in 1867 op onbebouwde gronden geschonken aan de kerkfabriek door Jean Ferdinand Coosemans, eigenaar van de ernaast gelegen hoeve.

Volgens Vande Putte die de geschiedenis van de Keizer Karel-legende (zie Tombeek) onderzocht, werden er in de jaren 1860 gronden van de heyde van Tombeek verkocht door de gemeente Overijse voor de bouw van de kerk en pastorie in Tombeek. Ook enkele burgers deden in 1856 afstand van hun recht op de gemeentelijke opbrengsten uit de heyde om zo bij te dragen aan de bouw van de school, de kerk en de pastorie. Hierbij stond de familie Coosemans vermeld die ook de gronden schonk.

De kerk werd opgetrokken onder het pastoorschap van Z.E.H. Devos. Bouwmeester was provinciaal architect Louis Spaak.

Beschrijving

Kerk

Zaalkerk opgetrokken uit baksteen met een zandstenen onderbouw (westgevel) en een leien zadeldak. De plattegrond vertoont een schip van vijf traveeën en een koor van één travee en een driezijdige sluiting. Het koor wordt geflankeerd door een sacristie en bijsacristie, beide onder een lessenaarsdak. Westgevel met hoeksteunberen en rondboogpoort in een geprofileerde omlijsting van blauwe hardstenen in een verdiept rondboogportaal, geflankeerd door hardstenen zuiltjes met teerlingkapiteel. Het portaal wordt omvat door een omlopende hardstenen waterlijst met gestrekte uiteinden. Boven het portaal een rond venster van het doksaal in een geprofileerde hardstenen omlijsting en een rondboogvenster met hardstenen waterlijst met gestrekte uiteinden. Bekronende klokkentoren met galmgaten onder een ingesnoerde naaldspits. Schip met lichte spitsboogvensters onder een rondboogvorige, geprofileerde waterlijst met gestrekte uiteinden. De vensters lijken oorspronkelijk rondboogvormig en verlaagd te zijn geweest. In het koor gedichte rondboogvensters en in de apsis drie grote spitsboogvenster in een witte zandstenen omlijsting met hoekblokken. De muren van het koor worden ook afgelijnd met zandstenen hoekblokken. Tegen het koor calvarie. Sacristieën met eenvoudige rondboogvensters met diefijzers.

Interieur

Bepleisterd en beschilderd interieur met tongewelf en in de koorsluiting straalgewelf en natuurstenen vloeren. Het eenbeukige schip wordt van het doksaal afgesloten door drie scheidingsbogen op ronde zuilen met eenvoudige kapitelen. Omlopende houten lambrisering met neogotische briefpanelen in het schip en koor. Sacristie met bewaarde 19de-eeuwse ingebouwde kasten en bijsacristie met bewaarde vloer met ingelegde motieven en kast.

Meubilair

Zwart natuurstenen altaar met tabernakel, jaartal niet bekend. In de sacristie nog 18de-eeuws tabernakel van beschilderd en gemarmerd hout.

Eén bewaarde biechtstoel van 1860 tegen de zuidzijde van het schip. Aan de noordzijde is de biechtstoel niet meer aanwezig. Hardstenen doopvont van circa 1860. Eiken preekstoel uit de tweede helft van de 17de eeuw.

Calvarie met Jezus aan het kruis uit gepolychromeerd hout uit de 19de eeuw en Maria en Johannes uit afgeloogd hout uit de 16de eeuw afkomstig uit een Leuvens atelier. Heilig Hartbeeld opgericht in 1919 als dank voor de bescherming van de teruggekeerde soldaten. Verder nog verschillende plaasteren heiligen beelden.

In het koor epitaaf van Adolphe Antoine Henri Joseph Joly (1905) en zijn echtgenote Emma Marie Emilie Antoinette Ghislaine Iweins (1874) met boven het opschrift en de wapens van acht kwartieren een reliëf met de voorstelling van de dood van de Heilige Jozef. Tegen de noordwand en links en recht van het koor muurschilderingen uit het leven van Maria (uit het tweede kwart van de 20ste eeuw).

In het schip glasramen met voorstellingen van heiligen gesigneerd "Arthur Wybo. Fecit. Bruxellensis.". In het koor drie glasramen uit begin 20ste eeuw met links de voorstelling van de Heilige Eduard de Martelaar, centraal Calvarie en wapen van Joly en rechts Heilige Maria Magdalena.

Op het doksaal orgel uit de eerste helft van de 19de eeuw. Het orgel is beschermd als monument (datum besluit 21 augustus 1979). Het is niet duidelijk wie de vervaardiger was. Er is een onderhoud gebeurd door Fa. Van De Loo uit Heverlee. De frontpijpen waren belegd met tinfolie. De windlade is lager gelegen dan het prospect en is nieuwer dan het orgel, het dateert van het einde van de 19de eeuw. De orgelkast is een originele 4'-kast in post-rococo stijl. In origine was dit een balustrade-orgel dat aan de achterzijde bespeeld werd, waarschijnlijk afkomstig uit een andere kerk. Thans, na uitdieping aan de achterzijde, tegen de muur opgesteld. Door de uitdieping van de kast kon de klaviatuur aan de zijkant worden gebracht. Het klavier is nieuw.

Kerkhof

Rond de kerk klein ommuurd kerkhof met veelal recente graven en nog een aantal hardstenen graven uit de eerste helft van de 20ste eeuw. Tegen de noordmuur perk met zeven graven van het Gemenebest. Bakstenen ommuring afgedekt met geglazuurde pannen. Toegang tot het kerkhof tussen twee pijlertje deels opgebouwd uit blauwe hardstenen hoekblokken en piramidale bekroning.

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten Overijse, Afdeling II (Overijse), 1867/23.
  • CEULEMANS C. (red.) & GEUKENS B. 1980: Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische Bedehuizen. Provincie Brabant. Kanton Overijse, Brussel, 22-23.
  • FAUCONNIER A. & ROOSE P. 1977: Het historisch orgel in Vlaanderen: een inventaris van het orgelbezit per geografische eenheid, deel IIa, arrondissement Halle-Vilvoorde, Brussel, 279.
  • VANDE PUTTE G. s.d: Bijdrage II tot de geschiedenis van een Overijses gehucht: Tombeek. De heyde van Tombeek en haar Keizer Karel-legende, Overijse, 43.
  • VERBESSELT s.d.: Het parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13e eeuw, Deel XVII, tussen Zenne en Dijle VII, Tielt, 151-153.

Auteurs: Verwinnen, Katrien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Bernardus [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/200219 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.