Bronzen fontein opgericht in het midden van de Grote Markt, op de plaats die tot 1882 werd ingenomen door de Vrijheidsboom, geplant in 1836 ter vervanging van de eerste Belgische Vrijheidsboom uit 1831. Het bronzen monument naar een ontwerp door de beeldhouwer Jef Lambeaux uit 1883, werd gegoten door de Compagnie des Bronzes in Brussel. De inhuldiging vond plaats op 21 augustus 1887. Het monument werd gerestaureerd in 1980.
Jef Lambeaux dankte de prestigieuze opdracht volgens een inscriptie op het monument aan Arthur Van den Nest (Antwerpen, 1843-Antwerpen, 1913), Antwerps schepen van Schone Kunsten van 1874 tot 1882. Het project werd op 31 maart 1883 door de Antwerpse gemeenteraad goedgekeurd, en verder opgevolgd door stadsingenieur Gustave Royers. Aan de uitvoering gingen meerdere ontwerpen vooraf, vooral voor het voetstuk en het aanvankelijk geplande waterbekken, dat in 1886 werd vervangen door de rotspartij. Najaar 1886 ging de stad Antwerpen een contract aan met de Compagnie des Bronzes voor het gieten van het monument. Over de inplanting, op de Grote Markt of de Scheldekaaien ter hoogte van de Suikerrui, werd door de gemeenteraad gestemd op 21 juni 1887. De Brabofontein behoort tot de belangrijkste werken van de beeldhouwer, samen met het gigantische reliëf De Menselijke Driften uit 1889-1894 in het Jubelpark te Brussel.
De fondsen voor de oprichting van het monument, kwamen uit het legaat van Auguste Nottebohm (Antwerpen, 1818-Antwerpen, 1883), bestemd voor de verfraaiing van de stad. Hij was een zoon van Diederich Wilhelm (Guillaume) Nottebohm (Bielefeld, 1787-Berchem, 1871), die zich samen met zijn oudere broer Johann Abraham Nottebohm (Bielefeld, 1783-Delfshaven, 1866) in 1811 vanuit het Duitse Westfalen in Antwerpen gevestigd had. In 1817 richtten zij de firma Nottebohm Frères op, die zich toelegde op de koloniale handel met name in graan, rijst, koffie en leder. Zij beschikte sinds 1852 over een rijstpellerij, was betrokken bij de uitbouw van trans-Atlantische pakketbootdiensten, en werd in 1882 overgenomen door Albert de Bary & C°.
De 10,6 m hoge fontein is aan de zuidkant gesigneerd en gedateerd: “Jef LAMBEAUX/ 1887/ CIE DES BRONZES”. Aan de westkant draagt het voetstuk het opschrift: “VAN/ AUGUST NOTTEBOHMS ERFGIFT/ OPGERICHT 1887”. De beeldengroep met cilindervormig voetstuk, rust op een sokkel van gestapelde, ruwe rotsblokken. Aan de voet ligt de onthoofde, naakte reus Druon Antigoon, omringd door een waterschildpad, een draak, een zeeleeuw en vissen. Drie tegen elkaar aanleunende, voluptueuze zeemeerminnen vormen de middengroep. Zij dragen een schip dat wordt bekroond door een rots en een burcht met drie torens, geaccentueerd door opstaande handen. Het betreft een plastische uitbeelding van het wapen van Antwerpen, met aan de noordkant het afgehakte hoofd van Antigoon. De burcht dient als sokkel voor de naakte Silvius Brabo, die staand op één been, de hand van de reus wegwerpt. Voor de plastische dynamiek van deze figuur, inspireerde Lambeaux zich op de Mercurius van Giambologna.
Volgens de legende hief de reus Druon Antigoon, de oorspronkelijke bewoner van de burcht, tol voor elke doorvaart op de Schelde. Onwillige betalers werd de hand afgehakt. De Romein Silvius Brabo, neef van Julius Caesar, versloeg Antigoon, hakte op zijn beurt de hand van de reus af, en wierp ze in de Schelde. Deze sage opklimmend tot de 15de eeuw, geldt als mythische verklaring voor het ontstaan en de naam van de stad: (H)ant werpen.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2018: Brabofontein [online], https://id.erfgoed.net/teksten/298399 (geraadpleegd op ).
Tot 1882 werd het midden der Markt ingenomen door de Vrijheidsboom; sedert 1887 door de bronzen Brabofontein van Jef Lambeaux: compositie op ruw rotsvormig voetstuk met opschrift: "Van/ August Nottebohms/ erfgift/ opgericht 1887/"; drie in elkaar gestrengelde zeemeerminnen geflankeerd door dolfijnen houden schip en burcht in de hoogte; daarboven Brabo die de hand van de reus wegwerpt; op het voetstuk tussen de zeemonsters ligt de neergevelde reus met afgehouwen hand.
Bron: GOOSSENS M. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A., STEYAERT R., ILLEGEMS P. & DE BARSÉE L. 1976: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3na, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Goossens, Miek
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Goossens M. 1976: Brabofontein [online], https://id.erfgoed.net/teksten/125550 (geraadpleegd op ).