De toren behoorde tot het Duitse vliegveld 'Der Flugplatz Peselhoek'. In augustus 1940 waren de Duitsers begonnen met de afbakening van het terrein voor het vliegveld. Dit situeerde zich tussen de Poperingevaart en de Westvleterseweg. Overal op de site werden zogenaamde boxen (vliegtuigloodsen) en houten barakken gebouwd. De boxen bestonden uit stro en hout met een camouflagenet erover. Bij elke barak werd ook een waterput voorzien. Naast de boxen en de barakken bouwde men nog andere onderkomens. Heden bestaan nog twee intacte kleine garages, waarschijnlijk voor een klein kaliber FLAK (luchtdoelkanon). Langsheen de Westvleterseweg werd de controletoren van het vliegveld gebouwd. Boven op de toren had men een soort glazen koepel geplaatst waarin een schijnwerper stond. De functie van het vliegveld is onduidelijk. Mogelijks was het een schijnvliegveld om de Britten te misleiden. Het zou ook kunnen dat het diende om het vliegveld van Wevelgem te ontlasten. Op het einde van 1941 had het vliegveld geen functie meer. Na 1941 werd het vliegveld één grote akker voor groenteteelt.
Het betreft een bakstenen toren met vierkante basis met een zijde van 5,7 meter. Net boven de grond zijn de hoeken van de toren afgerond. De geschatte hoogte van de toren is ongeveer 13 meter. De toren telt een benedenverdieping die half onder de grond steekt, een gelijkvloers met ingang, drie verdiepingen en het dak met daarop de bakstenen resten van de basis voor het zoeklicht. Binnen leidt een metalen ladder naar het dak en zijn er nog resten van een houten vloer per verdieping. Elke verdieping van de toren is verdeeld in twee lokalen. Tijdens de oorlog of gedurende de laatste decennia zijn er verschillende deuren in de toren dichtgemetseld. Opmerkelijk is de zorgvuldige afwerking van de bakstenen constructie.