Britse militaire begraafplaats langs de Helleketelweg, ten westen van de stadskern van Poperinge, in een licht glooiende en landelijke omgeving. 

Historische beschrijving

Deze plaats, ‘Nine Elms’, werd genoemd naar een laan in Londen. De begraafplaats werd voor het eerst gebruikt tijdens de Derde Slag bij Ieper, vanaf 16 september 1917. Hier werden tot 19 december 1917 doden begraven uit de ‘3rd Australian’ en ‘44th Casualty Clearing Stations’. Deze veldhospitalen waren in september 1917 van Brandhoek en Lijssenthoek overgebracht (perken I-IX). De begraafplaats werd van begin maart tot 12 oktober 1918 opnieuw gebruikt door gevechtseenheden tijdens het Duitse Lente-Offensief, de Britse tegenaanvallen en het Geallieerde Bevrijdingsoffensief (perken X, XI, XIII, XIV, XV). Perken XII en XVI, aan de zuidkant van de begraafplaats, waren vroeger 'American plots'. Deze 95 Amerikaanse graven van juli-september 1918 werden overgebracht naar de Amerikaanse militaire begraafplaats in Waregem. Het Duitse perk in de noordoostelijke hoek van de begraafplaats bevat de graven van 37 krijgsgevangenen die stierven tussen 20 september 1917 en 22 maart 1918. Er liggen twee Britse militairen die werden terechtgesteld wegens desertie. 

Volgens het huidige register liggen er 1.593 doden uit de Eerste Wereldoorlog: 963 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan 3 ongeïdentificeerd), 150 Australiërs, 299 Canadezen, 1 Indiër, 117 Nieuw-Zeelanders, 26 Zuid-Afrikanen en tenslotte 37 Duitsers (waarvan 1 ongeïdentificeerd). Tot slot liggen er ook 22 Britse doden, omgekomen tijdens de geallieerde terugtrekking naar Duinkerke eind mei – begin juni 1940. Twee ervan konden niet geïdentificeerd worden.

De begraafplaats werd ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en W.C. Von Berg (uitvoerend architect).

Kenmerken

Begraafplaats met langwerpig, onregelmatig grondplan met verschillende uitsprongen. Het terrein is genivelleerd en wordt omgeven door een bakstenen muur, afgedekt met witte natuursteen. Achter het ‘Cross of Sacrifice’ en de ‘Stone of Remembrance’ zijn de omheiningsmuren in natuursteen uitgevoerd. De toegang bestaat uit een poortgebouw in rode baksteen, afgewerkt met witte natuursteen, met plat dak, een rondbogige doorgang en het opschrift 'Nine Elms British Cemetery 1914-1918'. In dit gebouw zijn het registerkastje, de landplaten en de metalen informatieplaat ondergebracht. Een deel is afgesloten (dienstgebouw). Vanaf de toegangspoort leidt een laan, gemarkeerd door taxussen, naar het 'Cross of Sacrifice' (type B) tegen de zuidelijke muur. De 'Stone of Remembrance' staat centraal tegen de oostelijke muur, waar de omheiningsmuur gebogen is. Behalve bloemperken en struiken wordt de begraafplaats ook getooid met olmen, die verwijzen naar de naamgeving van de begraafplaats.

Locatie

Gelegen langs de Helleketelweg, ten westen van de stadskern van Poperinge, in een licht glooiende en landelijke omgeving. Op circa 400m naar het westen staat een Amerikaanse mitrailleurspost.

Historische achtergrond

Deze plaats, ‘Nine Elms’, werd genoemd naar een laan in Londen. De begraafplaats werd voor het eerst gebruikt tijdens de Derde Slag bij Ieper, vanaf 16 september 1917. Hier werden tot 19 december 1917 doden begraven uit de ‘3rd Australian’ en ‘44th Casualty Clearing Stations’. Deze veldhospitalen waren in september 1917 van Brandhoek en Lijssenthoek overgebracht (perken I-IX). De begraafplaats werd van begin maart tot 12 oktober 1918 opnieuw gebruikt door gevechtseenheden tijdens het Duitse Lente-Offensief, de Britse tegenaanvallen en het Geallieerde Bevrijdingsoffensief (perken X, XI, XIII, XIV, XV). Perken XII en XVI, aan de zuidkant van de begraafplaats, waren vroeger 'American plots'. Deze 95 Amerikaanse graven van juli-september 1918 werden overgebracht naar de Amerikaanse militaire begraafplaats in Waregem. Het Duitse perk in de noordoostelijke hoek van de begraafplaats bevat de graven van 37 krijgsgevangenen die stierven tussen 20 september 1917 en 22 maart 1918.

Volgens het huidige register liggen er 1593 doden uit de Eerste Wereldoorlog: 963 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan 3 ongeïdentificeerd), 150 Australiërs, 299 Canadezen, 1 Indiër, 117 Nieuw-Zeelanders, 26 Zuid-Afrikanen en ten slotte 37 Duitsers (waarvan 1 ongeïdentificeerd). Tot slot liggen er ook 22 doden van tijdens de geallieerde terugtrekking naar Duinkerke eind mei-begin juni 1940. Het gaat om 20 geïdentificeerde en 2 onbekende Britten.

John McFarlane (XI-A-2) en Joseph Nisbet (XV-C-21) werden allebei terechtgesteld wegens desertie op 22 mei 1918 en 23 augustus 1918.

De begraafplaats werd ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en W.C. Von Berg (uitvoerend architect).

Beschrijving

Begraafplaats met langwerpig, onregelmatig grondplan met verschillende uitsprongen. Het terrein is genivelleerd en wordt omgeven door een bakstenen muur, afgedekt met witte natuursteen. Achter het ‘Cross of Sacrifice’ en de ‘Stone of Remembrance’ zijn de omheiningsmuren in natuursteen uitgevoerd. De toegang bestaat uit een poortgebouw in rode baksteen, afgewerkt met witte natuursteen, met plat dak, een rondbogige doorgang en het opschrift 'Nine Elms British Cemetery 1914-1918'. In dit gebouw zijn het registerkastje, de landplaten en de metalen informatieplaat ondergebracht. Een deel is afgesloten (dienstgebouw). Vanaf de toegangspoort leidt een laan, geflankeerd door taxussen, naar het 'Cross of Sacrifice' (type B) tegen de zuidelijke muur. De 'Stone of Remembrance' staat centraal tegen de oostelijke muur, waar de omheiningsmuur gebogen is. De grafstenen liggen verspreid over 16 perken. Behalve bloemperken en struiken wordt de begraafplaats ook getooid met olmen, die verwijzen naar de naamgeving van de begraafplaats.