Britse militaire begraafplaats uit de Eerste Wereldoorlog, gelegen langs de Krommestraat, op ongeveer 1500 meter ten zuidoosten van Wijtschate. Op de begraafplaats ligt een deel van een Britse militaire post.
Wijtschate was in Franse en Britse handen totdat het na een hevig bombardement door de Duitsers veroverd werd op 1 november 1914. De volgende dag werd het voor een korte periode heroverd door het Franse 16de Corps en de Britse cavalerie maar vanaf die datum bleef het dorp in Duitse handen, tot in juni 1917. Na de Mijnenslag (7 juni 1917) werd Wijtschate door de Britten veroverd. Op 16 april 1918 werd het dorp, na zes dagen vechten, heroverd tijdens het Duitse Lente-Offensief. Op 28 september 1918 werd Wijtschate definitief door Britse troepen bevrijd.
Derry House Cemetery No. 2 werd aangelegd vanaf juni 1917 (na de Mijnenslag) door de ‘11th Division’ en als frontlijnbegraafplaats gebruikt tot in december 1917. Ze werd in oktober 1918 opnieuw door de ‘2nd London Scottish’ gebruikt. Nu is er slechts één ‘Derry House Cemetery’ meer, de ‘No. 1’ werd na de oorlog ontruimd.
Op Derry House Cemetery No. 2 liggen er 163 doden begraven, waarvan 126 doden uit het Verenigd Koninkrijk en 37 Australiërs. Allen konden geïdentificeerd worden.
De begraafplaats is ontworpen door W.H. Cowlishaw.
De begraafplaats heeft een onregelmatig grondplan, met twee van elkaar gescheiden perken, met als verbindingspunt het ‘Cross of Sacrifice’ (type A) in een afzonderlijk perk recht tegenover de toegang. De begraafplaats heeft een oppervlakte van 1680 m² en wordt omgeven door een bakstenen muur, afgedekt met witte natuurstenen platen. De toegang wordt geflankeerd door muurpijlers met het opschrift ‘Derry House Cemetery No 2 MCMXVII – MCMXVIII’. Hier zijn het registerkastje en de metalen informatieplaat terug te vinden. De drie landplaten zijn ingewerkt in de bakstenen muren nabij het offerkruis. In de verste hoek op perk I (het meest noordelijke perk) staat een bakstenen dienstgebouwtje, afgesloten met een houten deur. Op dit perk is een deel van een Britse bunker te zien. Behalve bloemperken en struiken staan er op de begraafplaats verschillende Zweedse lijsterbessen.
Bron: Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen, Beschermingsdossier DW002411, Britse militaire begraafplaatsen te Heuvelland (DECOODT H., 2009)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. 2008: Derry House Cemetery No. 2 [online], https://id.erfgoed.net/teksten/125725 (geraadpleegd op ).
'Derry House Cemetery No 2' is gelegen langs de Krommestraat, op circa 1500m ten zuidoosten van Wijtschate, vlak naast boerderij Krommestraat nr 9. Tussen de begraafplaats en de boerderij bevindt zich een kleine Duitse bunker. Op circa 650m ten noordwesten ligt 'Torreken Farm Cemetery', op circa 650m ten ZO ligt 'Cabin Hill Cemetery'. De omgeving is landelijk en heuvelachtig.
Wijtschate was in Franse en Britse handen totdat het na een hevig bombardement door de Duitsers veroverd werd op 1 november 1914. De volgende dag werd het voor een korte periode heroverd door het Franse 16de Corps en de Britse cavalerie maar vanaf die datum bleef het dorp in Duitse handen, tot in juni 1917. Na de eerste dag van de Mijnenslag (7 juni 1917) bleef Wijtschate in Britse handen tot 16 april 1918, toen het na 6 dagen vechten weer in Duitse handen kwam tijdens het Duitse Lente-Offensief. Op 28 september werd het dorp definitief door Britse troepen heroverd. 'Derry House Cemetery No 2' (No 1 werd later ontruimd) werd aangelegd vanaf juni 1917 (na de Mijnenslag) door de '11th Division' en als frontlijnbegraafplaats gebruikt tot december 1917 en opnieuw in oktober 1918 door de '2nd London Scottish'. Nu is er slechts 1 'Derry House Cemetery' meer.
'Derry House Cemetery No 2', ontworpen door W.H. Cowlishaw, heeft een onregelmatig grondplan, waarbij de perken van elkaar gescheiden worden, met als verbindingspunt de 'Cross of Sacrifice' (type A). De begraafplaats heeft een oppervlakte van ca. 1680 m² en wordt omgeven door een bakstenen muur. Het terrein van de begraafplaats is vlak.
Voor de toegang van de begraafplaats staan betonnen paaltjes, die met ijzeren kettingen met elkaar verbonden zijn. De toegangsstenen vermelden de jaartallen "MCMXVII - MCMXVIII". Het register (dat dateert van juli 2002) en de metalen CWGC-infoplaat bevinden zich vlakbij de toegang. De 3 landplaten zijn ingewerkt in de bakstenen muren nabij de 'Cross of Sacrifice'. In de verste hoek op perk I (het perk achter de 'Cross of Sacrifice') bevindt zich een bakstenen dienstgebouwtje, afgesloten met een houten deur. Rechts op dit perk staat nog een kleine Duitse bunker.
Op de 2 perken zijn de grafstenen vrij regelmatig geschikt en naar het noordoosten gericht.
Op 'Derry House Cemetery No 2' liggen 163 doden begraven, waarvan 126 doden uit het Verenigd Koninkrijk en 37 Australiërs. Allen konden geïdentificeerd worden.
Bron: DECOODT H. & BOGAERT N. 2002-2005: Inventarisatie van het Wereldoorlogerfgoed in de Westhoek, project in opdracht van de provincie West-Vlaanderen, “Oorlog en Vrede in de Westhoek”, en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen.
Auteurs: Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. & Bogaert N. 2003: Derry House Cemetery No. 2 [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195539 (geraadpleegd op ).