Britse militaire begraafplaats op het gehucht Strooien Haan, ten noordoosten van de dorpskom van Wijtschate, met doden uit de Eerste Wereldoorlog.

Somer Farm Cemetery No. 1 werd net als ‘No. 2’ in juni 1917 gestart, toen de grond ervan op de Duitsers werd veroverd tijdens de Mijnenslag (7 juni 1917). De begraafplaats bleef in gebruik tot het Duitse Lente-Offensief in maart 1918. In oktober 1918 werden er opnieuw bijzettingen verricht. De begraafplaats werd genoemd naar de vlakbij gelegen boerderij. Somer Farm No. 2 werd na de oorlog ontruimd.

Op de begraafplaats liggen er volgens het huidige register 67 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan er één niet geïdentificeerd kon worden) en 24 Australiërs begraven. Er werden vijf ‘special memorials’ opgericht voor drie Britten en twee Australiërs wiens graf niet meer teruggevonden kon worden. De aanleg van de begraafplaats is van de hand van W.H. Cowlishaw.

De begraafplaats, 633m² groot, is rechthoekig en het terrein is vlak. In de toegangsmuur, vervaardigd uit bruine natuursteen en afgewerkt met witte natuursteen, zijn bloembakken verwerkt. De toegang wordt afgesloten met ijzeren kettingen en de toegangsplaten vermelden de jaartallen MCMXVII - MCMXVIII. Het ‘Cross of Sacrifice’ is van het type A1 en staat op een verhoog, die aansluiting vindt met de natuurstenen omheiningsmuur. De drietalige landplaat is gegrift in de muur onder het ‘Cross of Sacrifice’. Links en rechts van het offerkruis staan twee sierkersen. De ‘special memorials’ staan tegen de oostelijke muur.

Locatie

'Somer Farm Cemetery' ligt op ca. 700m ten NO van de dorpskom van Wijtschate, langs de Hollebekestraat, tegenover huisnummer 7, in de wijk 'Strooien Haan'. De omgeving is heuvelachtig en deels bebouwd.

Historische achtergrond

Wijtschate was in Franse en Britse handen tot 1 november 1914, van juni 1917 tot april 1918 en vanaf 28 september 1918. Er waren bijzonder hevige gevechten in november 1914 en april 1918.

'Somer Farm Cemetery No. 1' werd in juni 1917 gestart, toen de grond ervan op de Duitsers werd veroverd tijdens de befaamde Mijnenslag. Ze bleef in gebruik tot het Duits Lente-offensief in maart 1918. In oktober 1918 werden er opnieuw bijzettingen verricht.

De begraafplaats werd genoemd naar de vlakbij gelegen boerderij.

Kenmerken

'Somer Farm Cemetery' werd ontworpen door W.H. Cowlishaw. De begraafplaats, 633 vierkante meter groot, is rechthoekig en het terrein is vlak. De toegang wordt afgesloten met ijzeren kettingen en de toegangsplaten vermelden de jaartallen MCMXVII - MCMXVIII. De 'Cross of Sacrifice' is van het type A1 en staat op een verhoog, die aansluiting vindt met de natuurstenen muur, die de begraafplaats omgeeft. De drietalige landplaat is gegrift in de muur onder de 'Cross of Sacrifice'. Een register is niet aanwezig.

De begraafplaats bestaat uit één perk en bijna alle grafstenen zijn naar het noordwesten gericht. Op de begraafplaats liggen volgens het huidige register 67 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan er 1 niet geïdentificeerd kon worden) en 24 Australiërs begraven. Links op de begraafplaats staan 5 'special memorials' voor 3 Britten en 2 Australiërs wiens graf niet meer teruggevonden kon worden.