De naam ‘Solferino Farm’ werd aan de boerderij tegenover de begraafplaats gegeven door Franse troepen, die hier de sector bezetten aan het begin van 1915. Ze hadden in en rond de boerderij een medische post en kampen opgezet. De aanleg van de begraafplaats werd pas in oktober 1917 (tegen het einde van de Derde Slag bij Ieper) door Britse troepen gestart. De begraafplaats zou tot augustus 1918 gebruikt worden door gevechtseenheden. Ongeveer een derde van de doden behoorde tot artillerie-eenheden, 21 doden behoorden tot de genietroepen en 24 andere tot het ‘Labour Corps’ (‘Royal Army Service Corps’). Een houten kruis dat door de ‘84th Labour Company’ op de begraafplaats was opgericht, is nu verdwenen.

Er liggen eveneens vijf doden uit de Tweede Wereldoorlog begraven, gestorven tijdens de terugtrekking naar Duinkerken in mei – juni 1940. Zodoende liggen er nu volgens het huidige register 304 doden begraven: 294 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan er één niet geïdentificeerd kon worden), twee Canadezen en drie Duitsers voor wat de Eerste Wereldoorlog betreft en vijf doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan één onbekende) voor wat de Tweede Wereldoorlog betreft. De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en J.R. Truelove (uitvoerend architect).

Begraafplaats met een rechthoekige, langgerekte plattegrond en een oppervlakte van circa 1200m². Het terrein is genivelleerd en ligt iets hoger dan het straatniveau. De begraafplaats wordt omgeven door een muur uit grijsgroene natuursteen, afgedekt met witte natuursteen. Achteraan wordt de begraafplaats afgezet met een haag (beuk). In witte natuursteen uitgevoerde toegangspartij met trappen, zitbanken, een tweeledig smeedijzeren poortje en het opschrift 'Solferino Farm Cemetery 1917-1918' op twee pijlers. In de voormuur zijn de teksten van de landplaten gegrift. Vlakbij de toegang is het registerkastje en de metalen informatieplaat terug te vinden. Centraal tegen de noordoostelijke muur staat een dienstgebouw in natuursteen opgetrokken. Centraal vooraan staat het ‘Cross of Sacrifice’ (type A1).

Locatie

Gelegen langs de Kapellestraat, tegenover het zogenaamde 'Kapelhof' (huisnummer 30), circa 1km ten noorden van Brielen en circa 1700m ten westen van het kanaal Ieper-Ijzer. Op circa 300m ten oosten van de begraafplaats ligt een Britse betonconstructie, verscholen in een bosje (langs de Reningsestraat). Omgeving is landelijk en vlak.

Historische achtergrond

De naam 'Solferino Farm' werd aan de boerderij tegenover de begraafplaats gegeven door Franse troepen, die hier de sector bezetten in het begin van 1915. Ze hadden in en rond de boerderij een medische post en kampen opgezet. De aanleg van de begraafplaats werd pas in oktober 1917 door Britse troepen gestart, tegen het einde van de 'Derde Slag om Ieper'. De begraafplaats zou tot augustus 1918 gebruikt worden door gevechtseenheden. Ongeveer een derde van de doden behoorden tot artillerie-eenheden, 21 militairen behoorden tot de genietroepen en 24 doden tot de 'Labour Corps' ('Royal Army Service Corps'). Een houten kruis dat door de '84th Labour Company' was opgericht op de begraafplaats is verdwenen.

Er liggen eveneens 5 doden uit de Tweede Wereldoorlog begraven, gestorven tijdens de terugtrekking naar Duinkerken in mei 1940.

Beschrijving

Lange, smalle begraafplaats, rechthoekig van vorm, met een oppervlakte van circa 1200m², ontworpen door Sir R. Blomfield met de medewerking van Major J.R. Truelove. De begraafplaats, waarvan het terrein genivelleerd is en iets hoger ligt dan de straat, wordt omgeven door een muur uit grijsgroene natuursteen, afgedekt met witsteen, aangelegd in verschillende niveaus. Achteraan wordt de begraafplaats afgezet met een haag.

De voormuur springt bij de toegang in en bestaat uit trappen, met links en rechts een zitbank. Vervolgens het tweeledig smeedijzeren poortje geflankeerd door 2 witstenen zuilen, waarop te lezen staat 'Solferino Farm Cemetery 1917-1918'. Rondom rond de toegang bevinden zich de (gegrifte teksten van de) landplaten, het registerkastje en de metalen CWGC-infoplaat op een lage, schuine tafel. Centraal tegen de noordoostelijke muur staat een natuurstenen dienstgebouw. Centraal vooraan staat de 'Cross of Sacrifice', die van het kleinste type is (A1).

De graven liggen verspreid over 2 perken. Volgens het huidige register zouden er 304 doden begraven liggen. Het zou gaan om 294 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan er 1 niet geïdentificeerd kon worden), 2 Canadezen en 3 Duitsers. Er liggen eveneens nog 5 doden uit de Tweede Wereldoorlog uit het Verenigd Koninkrijk, waarvan er 1 niet geïdentificeerd kon worden.