Gelegen langs de Steenakkerstraat, op ongeveer 800 meter ten noordwesten van het dorp Dikkebus, in vlak, weids landbouwgebied.
Langs de weg tussen Dikkebus en Brandhoek (Vlamertinge) stond een rij barakken ('huts'), die tussen juli en november 1917 gebruikt werden door medische posten ('field ambulances'). Er diende noodzakelijkerwijze ook een begraafplaats aangelegd te worden. De meeste perken van de begraafplaats dateren van tijdens de Derde Slag bij Ieper. Vlakbij waren artillerieposities ingenomen, wat verklaart dat uiteindelijk 2/3 van de doden tot artillerie-eenheden behoorde. Twee perken zouden nog tijdens de winter van 1917-1918 aangelegd worden. Toen de Duitsers tijdens hun Lente-offensief in het voorjaar van 1918 gevaarlijk dichterbij kwamen (tot aan Dikkebusvijver) werd de begraafplaats gesloten.
Op The Huts Cemetery liggen volgens het huidige register 1.100 mannen begraven. Het gaat om 822 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waaronder 6 onbekenden), 243 Australiërs, 5 Canadezen, 1 Indiër, 19 Nieuw-Zeelanders, 4 Zuid-Afrikanen en 6 Duitsers. In perk XV liggen twee mannen naast mekaar begraven, die geëxecuteerd werden.
De begraafplaats is ontworpen door E. Lutyens (hoofdarchitect) en G.H. Goldsmith (uitvoerend architect).
Nagenoeg rechthoekige begraafplaats van ongeveer 4.700m², aan de voorzijde afgesloten met een haag (beuk), aan de andere zijden met een bakstenen muur, afgedekt met witte natuursteen. De toegang is deels afgesloten met twee witte paaltjes met ketting, geflankeerd door twee vierkante hoge zuilen uit witte natuursteen, afgewerkt met een geprofileerde kroonlijst, met 'Huts Cemetery 1917-1918'. In de achterkant van één van de zuilen is het registerkastje ingewerkt. Het ‘Cross of Sacrifice’ (type A) staat vrij centraal tegenover de ingang, de 'Stone of Remembrance' bevindt zich centraal tegen de noordoostelijke muur. Achteraan staat een bakstenen schuilhuis, afgewerkt met witte natuursteen, met zadeldak, gebroken fronton, rondbogige ingang en bepleisterd tongewelf. Hier zijn de metalen informatieplaat, de drietalige landplaat en zitbanken ondergebracht. De graven liggen vrij regelmatig verspreid over 15 perken. De begraafplaats wordt getooid door bloemperken, struiken, linden en eiken.
Bron: Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen, Beschermingsdossier DW002418, Britse militaire begraafplaatsen te Ieper (Brielen, Dikkebus, Elverdinge, Vlamertinge) (DECOODT H., 2009)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. 2008: The Huts Cemetery [online], https://id.erfgoed.net/teksten/125823 (geraadpleegd op ).
Gelegen langs de Steenakkerstraat, op circa 800m ten noordwesten van het dorp van Dikkebus, in vlak, weids landbouwgebied. Van hieruit is een mooi vergezicht op de omgeving en de Westvlaamse heuvels.
Langs de weg tussen Dikkebus en Brandhoek (Vlamertinge) stond een rij barakken ('huts'), die tussen juli en november 1917 gebruikt werden door medische posten ('Field Ambulances'), wat aanleiding gaf tot de aanleg van deze begraafplaats. De meeste perken van de begraafplaats dateren van tijdens de Derde Slag om Ieper. Daar er zich vlakbij artillerieposities bevonden, zou uiteindelijk 2/3 van de doden behoren tot artillerie-eenheden. Twee perken zouden nog tijdens de winter van 1917-1918 aangelegd worden. Toen de Duitsers tijdens hun Lente-Offensief in het voorjaar van 1918 gevaarlijk dichterbij kwamen (tot aan Dikkebusvijver), werd de begraafplaats gesloten.
In perk XV liggen 2 mannen naast mekaar begraven, die geëxecuteerd werden wegens zogenaamde disciplinaire problemen. Het gaat om Pte. Victor M. Spencer (1st Otago Regiment, New Zealand Expeditionary Force), die in augustus 1917 voor de 2de keer deserteerde en pas op 2 januari 1918 gevat kon worden. Hij werd op 24 februari 1918 geëxecuteerd. Pte. Henry Hughes (1/5 York and Lancasters, 148th Brigade, 49th West-Riding Division) deserteerde terwijl een doodstraf voor hem voorlopig was opgeschort. Hij werd op 10 april 1918 geëxecuteerd.
Nagenoeg rechthoekige begraafplaats van circa 4700 m², ontworpen door Sir Edwin Lutyens (hoofdarchitect) met medewerking van Major G.H. Goldsmith (uitvoerend architect). De begraafplaats is aan voorzijde afgesloten met een haag, aan de andere zijden met een bakstenen muur, afgedekt met witte natuursteen. De toegang wordt gevormd door 2 hoge witte natuurstenen zuilen, afgewerkt met een geprofileerde kroonlijst en met de tekst 'Huts Cemetery 1917-1918'. In de achterkant van één van de zuilen is het registerkastje ingewerkt. Tussen de toegangszuilen staan 2 kleine paaltjes met ketting. De 'Cross of Sacrifice' (type A) staat vrij centraal tegenover de ingang, de 'Stone of Remembrance' bevindt zich centraal tegen de noordoostmuur. Achteraan staat een bakstenen schuilhuis, afgewerkt met witte natuursteen, met zadeldak en rondbogige ingang. Hier bevindt zich de metalen CWGC-infoplaat, de drietalige landplaat en zitbanken.
Op 'The Huts Cemetery' liggen 1100 mannen begraven. De graven liggen vrij regelmatig verspreid over 15 perken. Het gaat om 822 doden uit het Verenigd Koninkrijk, waarvan er 6 niet geïdentificeerd konden worden, 243 Australiërs, 5 Canadezen, 1 Indiër, 19 Nieuw-Zeelanders, 4 Zuid-Afrikanen en 6 Duitsers.
Bron: DECOODT H. & BOGAERT N. 2002-2005: Inventarisatie van het Wereldoorlogerfgoed in de Westhoek, project in opdracht van de provincie West-Vlaanderen, “Oorlog en Vrede in de Westhoek”, en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen.
Auteurs: Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. & Bogaert N. 2003: The Huts Cemetery [online], https://id.erfgoed.net/teksten/196050 (geraadpleegd op ).