Twee statige onderkelderde burgerhuizen van respectievelijk drie en vier traveeën en drie bouwlagen, uit het derde kwart van de 19de eeuw. Hoge bepleisterde en witgeschilderde lijstgevels met enkelhuisopstand, in Louis-Philippestijl. Hoge geprofileerde hardstenen plint met keldervensters, imitatiebossage onder de geprofileerde puilijst, bovenverdieping met horizontale banden; vensterregisters gemarkeerd door gekorniste arduinen kordons. Omlijste steekboogvensters, op de bel-etage onder een driehoekige kroonlijst met rechte uiteinden en op consoles waartussen typische stucsiermotieven. Geajoureerde borstwering en balkons met balusters tussen postamenten. Bovenste vensters voorzien van sluitsteen met masker en schelpmotief. Hoofdgestel met brede uitspringende kroonlijst rustend op bewerkte en uitgelengde modillons waartussen met spiegels versierde casementen.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Zuid-West, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)