Passchendaele New British Cemetery ligt langs de ‘s Graventafelstraat, schuin tegenover de 4e Regiment Karabiniersstraat, op een heuvelflank op ongeveer 800 meter ten noordwesten van Passendale. Vóór de begraafplaats staat de provinciale naamsteen voor het "Eindoffensief 1918".
Het dorp Passendale was op 20 oktober 1914 in Duitse handen gevallen. De heuvelrug, bij de Britten bekend als ‘Passchendaele Ridge’ (scheiding tussen Leie- en IJzerbekken), vormde tijdens de eerste oorlogswinter 1914-1915 de verst vooruitgeschoven frontlijn van de ‘salient’. Ze werd verdedigd door Franse troepen, die begin april 1915 afgelost werden door Britten en Canadezen. Na de Duitse gasaanvallen eind april 1915 (Tweede Slag bij Ieper) zagen de Britten zich genoodzaakt zich terug te trekken. De Duitsers hadden de strategisch belangrijke hoogte (‘Flandern Riegel’) in handen en bouwden er de komende jaren verdedigingsstellingen met betonnen schuilplaatsen en bunkers uit, ‘Flandern – Stellung’ geheten.
De Derde Slag bij Ieper, die op 31 juli 1917 losbarstte en pas op 10 november 1917 – honderdduizenden slachtoffers later – beëindigd werd, ging de geschiedenis in als de 'Slag om Passendale' of ‘Passchendaele’. Op 6 november heroverde de ‘5th Canadian Infantry Brigade’ Passendale. Tijdens het Duitse Lente-Offensief (april 1918) dienden de geallieerden hun zuur verdiend territorium van de nazomer van 1917 opnieuw prijs te geven en kwam het dorp opnieuw in Duitse handen. Dit bleef zo tot het Belgische 4de Regiment Karabiniers en het 1ste en 2de Regiment Grenadiers (12de legerdivisie) het dorp definitief heroverden op 29 september 1918, tijdens het Geallieerde Bevrijdingsoffensief.
De ‘New British Cemetery’ werd pas na de oorlog aangelegd door de concentratie van verspreide graven op de slagvelden rond Passendale en Langemark. Het merendeel van de doden is gestorven in de herfst van 1917. Opmerkelijk is het groot aantal Canadezen. Op 9 juni 2003 werden de stoffelijke overschotten van drie Canadese militairen op Passchendaele New British Cemetery herbegraven. Ze waren tijdens archeologische opgravingen door 'De Diggers' gevonden.
Er worden nu 2.101 Commonwealthdoden begraven of herdacht. Meer dan 3/4 hiervan kon niet meer geïdentificeerd worden. Het gaat om 1.026 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan 894 niet geïdentificeerd), 292 doden uit Australië, (waarvan 171 niet geïdentificeerd), 654 doden uit Canada (waarvan 450 doden niet geïdentificeerd), 126 doden uit Nieuw-Zeeland (waarvan 83 niet geïdentificeerd) en 3 doden uit Zuid-Afrika (waarvan 2 niet geïdentificeerd). De drie Canadezen, die hier in juni 2003 werden bijgezet, zijn in deze cijfers meegerekend. Voor vier militairen uit het Verenigd Koninkrijk en drie Canadezen werden ‘special memorials’ opgericht, omdat aangenomen wordt dat ze hier begraven liggen onder een naamloos graf.
Het ontwerp van de begraafplaats is van de hand van Charles Holden (hoofdarchitect) en W.C. Von Berg (uitvoerend architect).
Begraafplaats met rechthoekig grondplan en een oppervlakte van 7246 m². De begraafplaats is in verschillende niveaus aangelegd, die met elkaar verbonden worden via trapjes. De begraafplaats is langs drie zijden afgesloten door een grijze, natuurstenen muur, afgedekt met witte natuursteen en langs de straatzijde door een lage muur uit witte natuurstenen blokken. Centraal in deze voormuur is de toegang opgebouwd uit een brede, valse voorgevel met vijf vensters met traliewerk en twee poortgebouwen, waarop een zware bovenbouw staat. Centraal bovenaan staat het opschrift: “1914 Passchendaele New British Cemetery 1918”.
In de poortgebouwen zijn het registerkastje, zitbanken, de metalen informatieplaat en de landplaten ondergebracht. De twee poortgebouwen worden achter de voorgevel met mekaar verbonden via een geplaveid terras, waarop centraal het ‘Cross of Sacrifice’ (type A) staat. Vanaf dit offerkruis vertrekt een centrale as, die de 16 symmetrisch aangelegde perken verdeelt en achteraan (noordwestkant) geflankeerd wordt door 2 x 3 populieren. Langs het middenpad, een perk verwijderd van het ‘Cross of Sacrifice’, staat de ‘Stone of Remembrance’. Tussen de voorlaatste en laatste perken (noordwestkant) staan langs de zijkanten twee gebouwtjes uit witte natuurstenen blokken, die fungeren als schuilgebouw of (afgesloten) dienstgebouw. Helemaal achteraan staan de ‘special memorials’. Het geheel wordt getooid met bloemperken, struiken en jonge esdoorns langs de randen.
Bron: Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen, Beschermingsdossier DW002413, Britse militaire begraafplaatsen te Zonnebeke (DECOODT H., 2009)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. 2009: Passchendaele New British Cemetery [online], https://id.erfgoed.net/teksten/125977 (geraadpleegd op ).
Gelegen langs de 's Graventafelstraat, tegenover de 4e Regiment Karabiniersstraat, op een heuvelflank op circa 800m ten noordwesten van Passendale. De omgeving bestaat uit heuvelachtig landbouwgebied. Naast de begraafplaats staat de provinciale naamsteen voor het "Eindoffensief 1918".
Het dorp Passendale was op 20 oktober 1914 in Duitse handen gevallen. De heuvelrug, bij de Britten bekend als 'Passchendaele Ridge' (scheiding tussen Leie- en Ijzerbekken), vormde tijdens de eerste oorlogswinter 1914-1915 de verst vooruitgeschoven frontlijn van de 'salient'. Ze werd verdedigd door Franse troepen, die begin april 1915 afgelost werden door Britten en Canadezen. Na de Duitse gasaanvallen eind april 1915 (Tweede Slag om Ieper), zagen de Britten zich genoodzaakt zich terug te trekken tot de lijn Wieltje – Frezenberg – Hooghe. De Duitsers hadden de strategisch belangrijke hoogte ('Flandern Riegel') in handen en bouwden er de komende jaren verdedigingsstellingen met betonnen schuilplaatsen en bunkers uit ('Flandern – Stellung' geheten).
De Derde Slag om Ieper, die op 31 juli 1917 losbarstte en pas op 10 november 1917 beëindigd werd - honderdduizenden slachtoffers later - ging de geschiedenis in als de 'Slag om Passendale' of 'Passchendaele'. Bevelhebber Douglas Haig wou koste wat kost de Duitse linie doorbreken richting kust en havens, maar de Britse troepen bleven meer dan 3 maanden lang quasi ter plaatse ploeteren. De slag wordt beschreven als een hel van modder en vuur, één der bloedigste veldslagen aller tijden (er zouden bijna een half miljoen militairen gewond, vermist of gedood worden). Op 6 november heroverde de '5th Canadian Infantry Brigade' Passendale.
Half april 1918, met het Duitse Lenteoffensief, dienden de geallieerden hun zuur verdiend territorium van de nazomer van 1917 opnieuw prijs te geven en kwam het dorp opnieuw in Duitse handen. Dit bleef zo tot het Belgische 4de Regiment Karabiniers en Grenadiers het dorp definitief heroverden op 29 september 1918, met het geallieerde Eindoffensief.
De 'New British Cemetery' werd pas na de oorlog aangelegd door de concentratie van verspreide graven op de slagvelden rond Passendale en Langemark. Het merendeel van de doden is gestorven in de herfst van 1917. Opmerkelijk is het groot aantal Canadezen.
Op 9 juni 2003 werden de stoffelijke overschotten van 3 Canadese militairen op 'Passchendaele New British Cemetery' herbegraven. Ze waren tijdens archeologische opgravingen door 'The Diggers' gevonden.
Passchendaele New British Cemetery werd ontworpen door Major Charles Holden als hoofdarchitect en Captain W.C. Von Berg als assistent-architect. Het grondplan is rechthoekig en het heeft een oppervlakte van 7246 m². De aanleg gebeurde in verschillende niveaus onderscheiden door trapjes. De begraafplaats is langs 3 zijden afgesloten door een grijze, natuurstenen muur, afgedekt met witte natuursteen (evenwijdig met het grondniveau) en langs de straatzijde door een lage, witte, natuurstenen muur.
Naast een zwart, smeedijzeren toegangspoortje links vooraan, is er een monumentale, witstenen toegangspartij: centraal een witstenen muur met daarin 5 openingen met smeedijzeren traliehekkens en daarboven, op de bovenbouw, de inscriptie '1914 Passchendaele New British Cemetery 1918', geflankeerd door de 2 eigenlijke witstenen toegangsgebouwtjes. De toegangsgebouwtjes fungeren tevens als schuilgebouwtje, met zitbanken, registerkastje en de ingegrifte landplaten. De metalen CWGC-infoplaat ontbreekt.
Binnen, tussen de 2 toegangsgebouwtjes en achter de voormuur, het 'Cross of sacrifice', van het A-type. De eerste 2m achter de voormuur zijn nog verhard met een witstenen vloer, de rest van de begraafplaats bestaat uit gras. Er zijn 16 symmetrisch aangelegde perken. Na de eerste 2 perken staat de 'Stone of remembrance', in de verlening van de Cross of sacrifice en de voormuur. Het eerste hoogteverschil wordt gekentekend door trapjes en 2 bloembakken; het tweede hoogteverschil door trapjes en 2 witstenen gebouwtjes verwerkt in de omheiningsmuur (het ene een schuilgebouwtje, het andere een dienstgebouwtje). Rechtsachter is een composthoop aanwezig. De grafstenen zijn georiënteerd naar de 'Stone of remembrance' toe. Op het einde van de begraafplaats staan de 'Special memorials' voor 4 militairen uit het Verenigd Koninkrijk en 3 uit Canada "Believed to be buried in this cemetery".
De grafstenen zijn uniform. De aanplanting van de begraafplaats bestaat hoofdzakelijk uit bloemperken bij de graven en 2x3 populieren op het einde van de begraafplaats.
Er worden nu 2101 Commonwealthdoden begraven of herdacht. Meer dan 3/4 daarvan konden niet meer geïdentificeerd worden. Het gaat om 1026 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan 894 niet geïdentificeerd), 292 doden uit Australië, (waarvan 171 niet geïdentificeerd), 654 doden uit Canada (waarvan 450 doden niet geïdentificeerd), 126 doden uit Nieuw-Zeeland (waarvan 83 niet geïdentificeerd) en 3 doden uit Zuid-Afrika (waarvan 2 niet geïdentificeerd). In juni 2003 werden 3 Canadezen bijgezet (hierboven meegeteld).
Bron: DECOODT H. & BOGAERT N. 2002-2005: Inventarisatie van het Wereldoorlogerfgoed in de Westhoek, project in opdracht van de provincie West-Vlaanderen, “Oorlog en Vrede in de Westhoek”, en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen.
Auteurs: Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. & Bogaert N. 2003: Passchendaele New British Cemetery [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195780 (geraadpleegd op ).